Wie kan betalen, profiteert: waarom het klimaatbeleid oneerlijk voelt
- Nieuws
- Wie kan betalen, profiteert: waarom het klimaatbeleid oneerlijk voelt
Vandaag is het exact tien jaar geleden dat het Klimaatakkoord van Parijs werd gesloten. Nederland beloofde, samen met bijna alle andere aanwezige landen, de opwarming van de aarde onder de twee graden celsius te houden. Maar volgens de Raad van de Leefomgeving en Infrastructuur (RLI) lukt dat enkel als de overgang naar duurzame samenleving eerlijker wordt. Zij zien dat verduurzamen voor veel mensen nog onbetaalbaar is. "Veel mensen willen verduurzamen, maar kunnen het simpelweg niet", zegt Jan Jacob van Dijk, voorzitter van de Raad, in De Nieuws BV.
Video niet beschikbaar
De afgelopen jaren heeft Nederland flink geïnvesteerd in hernieuwbare energie. Toch profiteren vooral mensen met geld, zegt Van Dijk. "Als je spaargeld had, was je gek om dat op de bank te laten staan. Je kon beter zonnepanelen kopen. Maar als je dat geld niet had, kon je simpelweg niet meedoen." Het gevoel van onrechtvaardigheid in het huidige beleid is groot: volgens de Raad vindt 78 procent van de Nederlanders het huidige klimaatbeleid oneerlijk.
Groeiende kloof
"Mensen zien anderen, die het zich wél kunnen veroorloven, niets doen. Dan denken ze: waarom zou ik minder gehaktballen eten als mijn buurman drie keer per jaar naar Ibiza vliegt?" Daardoor groeit de kloof tussen wie wel en wie niet kan verduurzamen. "Huishoudens met zonnepanelen hadden tijdens de energiecrisis veel minder last van stijgende gasprijzen. Andere mensen in slecht geïsoleerde huizen zagen hun rekening juist exploderen", legt Van Dijk uit. Ook subsidies op elektrische voertuigen kwamen vooral terecht bij mensen met een goed inkomen.
Eerlijker systeem
Om die ongelijkheid te doorbreken, moet de verduurzaming volgens de Raad radicaal anders. "Je moet veel meer naast mensen gaan staan bij het ontwikkelen van beleid", stelt de voorzitter. Een goed bedoeld voorbeeld laat zien waar het nu misgaat: iemand met een bijstandsuitkering ontving van de gemeente een aanbod voor een energiezuinige koelkast, waarvan 80 procent werd vergoed. "Die persoon kon die laatste 20 procent niet betalen. Dan werkt het dus niet."
Maar wat is dan de oplossing? Het moet minder vrijblijvend. "We zouden ervoor moeten zorgen dat alle producten duurzaam geproduceerd zijn", stelt Van Dijk. Nu zijn juist de vervuilende producten goedkoper, omdat de milieuschade wordt afgewenteld op de samenleving. Bedrijven zouden verplicht moeten worden die schade te herstellen of te voorkomen. Maar dat betekent hogere prijzen voor producten, erkent Van Dijk. Daarom pleit de Raad voor een compensatie aan burgers. "Iedereen zou aan het begin van het jaar een bedrag moeten krijgen om dat koopkrachtverlies te compenseren."
Vertrouwen
Vertrouwen in beleid is minstens zo belangrijk, benadrukt Van Dijk. "Het meest funeste wat je kunt doen, is plots een maatregel terugdraaien." Dat zagen we bij de hybride warmtepomp: ondernemers hadden geïnvesteerd, en vlak voordat de maatregel zou ingaan, trok Den Haag plotseling de maatregel op de lange baan. Een eerlijk klimaatbeleid draait volgens hem dus niet om draagkracht, maar ook om voorspelbaarheid. Pas als mensen weten waar ze aan toe zijn en iedereen kan meedoen, kan Nederland echt verduurzamen.
Gerelateerd




