Opinie & Commentaar

Emoties

foto: ANP
  1. Nieuwschevron right
  2. Emoties

Janken, bakken vol tranen, snikkende mannen, ontroerde teamartsen, hart verscheurend mooie beelden van elkaar troostende vrouwen die zojuist verloren hebben, boze buitenspelers, zielig alleen zittende hordelopers, net missende polsstokhoogspringers, huilen, huilen…It’s crying time…

Herinnert u zich nog die hockeyofficial van Australië? Zat ie daar alleen in de dug-out en pakte zijn hoofd vast. Schokkende schouders. Een grote, volwassen man, overspoeld ineens door sentimenten. Tranen.

Of kijk terug op de daden van Ferry Weertman, de afstandszwemmer. Hij vergiste zich waarschijnlijk in de te kiezen wedstrijdtactiek en eindigde als zevende. Na goud in Rio betekende zevende niet eens een rubberen medaille, het betekende, zelfs voor deze stevige, sterke jongen een nauwelijks te onderdrukken tranen zee.

Is dat vreemd?

Neen, natuurlijk niet. Later meer.

Zoveel emoties in tranen

Herinnert u zich nog het moment dat tennis dubbelspeelster Demi Schuurs in het begin van haar eerste wedstrijd het ineens even niet meer aan kon. Partner Kiki Bertens probeerde te begrijpen wat er op dat bankje, waarop beiden zaten, gebeurde. Het bleek dat Schuurs voor heel even het noorden (en oosten, westen en zuiden) geheel kwijt was. Wat deed ze daar op die tennisbaan? Waarom zat ze hier in tranen? Hoe moest dit probleempje opgelost worden?

En dan de nauwelijks te evenaren vreugde van de meerkampsters Anouk Vetter en Emma Oosterwegel. Dat waren dus vreugdetranen in een ongekend prachtige sfeer waarin menselijke waarden als vriendschap, collegialiteit en respect de boventoon voerden. Ook tranen dus. Heerlijke, mooie tranen. En vooral ook verbazing, vermoeidheid en berusting: karwei geklaard, de twee Oranje meiden behoorden bij een der meest pakkende competities van Tokio 2021.

Als praten niet meer lukt

Liemarvin Bonevacia, de 400 meter loper van de Nederlandse ploeg, huilde niet; hij probeerde te praten, hetgeen nauwelijks lukte, voelde zich ineens niet lekker worden, ging bijna van zijn stokkie, krabbelde voorzichtig overeind en zei dat we hem en zijn opmerkelijk opgewekte karakter ook over drie jaar in Parijs mochten gaan verwachten. Waarna stilte, wat voor hem vrij ongewoon was en is.

Klopt: hij voelde zich immers fysiek verschrikkelijk en stond nog steeds stoer en nauwelijks levend te prevelen totdat hij ineens snel wilde gaan zitten…

Dat doet snoeiharde topsport met een mens.

Een ziekte

Ooit zei Gerrie Knetemann, wielrenner, wereldkampioen en vele malen Tour-etappewinnaar en later orakel binnen de Nederlandse samenleving, me dat topsport werkelijk alles los maakte in je lichaam.

Letterlijk: "Ik ben wel eens over de finish gekomen dat ik zo verschrikkelijk kapot was dat ik tegelijkertijd moest piesen, poepen, kotsen en huilen en ik wist niet wat er als eerste uit kwam, ik denk tranen." Ik riposteerde toen met iets als: "Topsport is lekker gezond?" En hij lachte dat bruusk weg: "Ben je belazerd…het is een ziekte om topsporter te willen zijn."

Het bewijs hebben we twee weken achtereen gezien en beluisterd en waarschijnlijk hebben we ons ook wel verbaasd over de opmerkelijke zee van tranen.

Sighn of the time, bedacht ik.

Hoezo?

Gas terug

Kijk, we leven op deze wereld al meer dan anderhalf jaar in een voor ons allen onbekende pandemie waarin niets normaal is en waarin we proberen te leven alsof dat wel zo is; dat normale dus.

We willen dus ook graag aan sport doen zoals we dat deden voor begin 2020.

Maar dat ging dus niet; om diverse redenen moest er gas terug genomen worden, werden competities afgelast, konden trainingen niet meer plaats vinden, waren er geen wedstrijden meer en was de toekomst slechts in nevelen gehuld.

foto: ANP

effrey Hoogland na afloop van de finale sprint in het Izu Velodrome

Pandemie

Dat in augustus 2020 een signaal uit Japan doorkwam dat de Olympische Spelen van Tokio met een jaar uitgesteld werden, hielp niet echt mee om topsport weer in een steviger schema gevoegd te krijgen, ook zelfs over de eventuele doorgang in 2021 hing meteen een voile.

Al die maanden, weken en dagen moesten mensen die zichzelf topsporters mochten noemen zich in een grote boze wereld waar niets meer normaal was, voorbereiden op iets tamelijk triviaals: het deelnemen aan een groot, internationaal sportfestijn, ooit uit idealistische overwegingen opgericht en georganiseerd en uitgedijd tot een monsterlijk commercieel gedrocht waarin persoonlijk succes, veel (letterlijk) persoonlijk verlies en ook enorm prettige gevoelens met elkaar botsten.

Al die tien duizend sporters hebben ook anderhalf jaar pandemie achter zich, hebben mensen uit hun familie en vrienden, kennissen en collega’s verloren, hebben zich geërgerd aan diverse factoren die ons leven zo wankel maakten, maar tegelijkertijd moesten ze in vorm in Tokio aan de start zien te komen en daarvoor hard trainen, afzien en ook binnen de regels van 'het nieuwe leven' dingen doen als gevaccineerd worden, altijd met kapjes voor de snuit leven, die beroemde anderhalve of twee meter afstand bewaren en allerlei dingen doen die hen, of ze wilden of niet, toch 'vreemd' voorkwamen.

Nieuwe normaal voor sporters

Kortom: er veranderde veel in het leven van ook de sportende mens. Hun 'normaal' was ook ineens nieuw geworden.

En toen kwam Tokio, toen kwamen aangepaste maatregelen, toen kwamen “positieven” en quarantaine-hotels die op gevangenissen leken en toen werd duidelijk dat van het bekende karakter van de Olympische Spelen werkelijk heel weinig overgebleven was.

Wat bleef? Alleen de competitie en de wil te winnen bij de deelnemers.

Wat nieuw was?

Dat er gesport moest worden in vaak knellende stilte en ook nog eens onder extreme weersomstandigheden. Bakovensport werd het genoemd.

Gewenning

Het feit dat er aan atletiek gedaan werd in een stadion waar 90.000 toeschouwers een plaats konden vinden, maar er slechts een paar honderd aanwezig waren omdat werkelijk alle regels van Olympische vastigheden genegeerd werden om toch maar te zorgen dat het virus buiten het dagelijks leven van de Olympische sporters werd gehouden, maakte het leven er niet leuker en vrolijker op.

Sporten in stilte werd het devies en dat werkte voor velen vervreemdend, hoewel, zo begreep ik, er wel snel van een zekere gewenning sprake was.

Die topsport in stilte wierp voor alle deelnemers een nieuwe manier van 'aan sport doen' op. Geen aanmoedigingen, geen applaus, geen blije vrolijkheid, geen vlaggezwaai, geen Olympische dagelijkse vrolijkheid, geen meegezongen volksliederen, geen ererondes voor volle tribunes voor de winnaars, maar slechts een vaak beklemmende stilte waarin geacteerd en gepresteerd moest worden en waar de sportende mens zichzelf een medaille om de nek moest hangen.

Stilte

Natuurlijk werd er in het verleden ook gezond Olympisch gejankt, maar in Tokio werd meer gehuild en getreurd dan voorheen. Natuurlijk was er vóór Tokio ook altijd een ware bibliotheek aan kwetsbaar makende verhalen bij vele sportmensen aan te treffen; over verlies van ouders, familieleden, teamgenoten, over tegenslagen en zware blessures van allerlei aard maar juist dat soort verhalen viel heel goed in de smaak tijdens deze Spelen van Tokio.

De kwetsbare mens, de hardlopers die in stilte moesten rennen, de basketballers die voor lege tribunes hun kunstjes vertoonden, de handbalsters die voor een handvol juryleden scoorden en die hun vaste decors misten. Zij allen werden, zo leek het toch, in hun kleine kamertjes teruggeworpen op verhalen en herinneringen uit hun eigen bestaan van de laatste 18 maanden, inclusief de juist knellende herinneringen aan de zware trainingsdagen in deze nog steeds doorgaande pandemie.

Ruimte voor meer emoties

Ik kan me niet indenken dat iemand in Tokio het geweldig naar ’t zin heeft gehad. Ja, de gewenning in de tweede week, werd licht voelbaar, maar het ontbreken aan de bekende Olympische sfeer, waarin de sportende mens in volledige vrijheid kon bestaan en waar tafeltennissers naar hockey gingen kijken en BMX-ers een middagje basketbal 'deden', was ineens een Fremdkörper voor het merendeel van de sporters. De Spelen leken heel even op een gesloten internaat waar de mensen die allen toch vrije burgers waren alles behalve vrij waren en dat deed zich gevoelen.

Waarom?

Er was daardoor meer plaats voor het tonen van meer en andere emoties dan voorheen.

Natuurlijk: janken mocht en mag en natuurlijk: de mens is vooral zwak als het persoonlijke gevoelens betreft die voor, tijdens en na een sportprestatie opborrelen.

Hoe ga je met die gevoelens om?

Vaak door de traancellen open te doen?

Ik had met het zien daarvan gedurende de afgelopen twee weken geen enkele moeite.

Dus?

Ik denk dat Corona velen van ons en dus ook velen van de Olympische deelnemers op een of andere manier (flink) geraakt heeft en gevoeliger of geestelijk kwetsbaarder heeft gemaakt.

Wellicht dat menswetenschappers dat kunnen gaan uitzoeken.

Of het erg was dat zovelen in Tokio aan het janken, snotteren, slikken of wat dan ook waren?

Neen.

Natte ogen

En ik, als sport-geharnast volger vanop afstand?

Ja hoor, ik schoot ook eerder vol dan me in het verleden gebeurde. Toen zevenkampster Emma Oosterwegel dermate snel haar 800 meter beëindigde dat ze wellicht nog 'brons' zou kunnen krijgen, stond ik met natte ogen een voor mij onbekende landgenote aan te moedigen voor mijn eigen televisieapparaat. Ik zeg het eerlijk…ik kende haar dus niet en had haar eerder nooit opgemerkt…nu was ik haar fan en brulde: 'kom op, kom op, zet door' door de bijna lege kamer.

Ik denk niet dat ik de enige in Nederland ben geweest die zo handelde.

Het voelde wel goed aan, moet ik zeggen.

Nieuw normaal in de nog steeds rondwarende pandemie?

Er was één sportvrouw die, na haar verloren boksduel, vrij stevig in haar schoenen bleef staan: Nouchka Fontijn. In het korte vraaggesprekje na afloop van haar verlieswedstrijd begon de NOS-tranentrekker-van-dienst wel over haar terugtreden uit de bokssport, maar ze pareerde vrij rustig: "O ja, dat onderwerp komt dus ook nog."

Heel even dreigden tranen op te wellen, maar ze schudde het hoofd en zei, kordaat en zeker: "Het is goed zo."

Droog.

Download de NPO Radio 1-app

Met onze app mis je niks. Of het nou gaat om nieuws uit binnen- en buitenland, sport, tech of cultuur; met de NPO Radio 1-app ben je altijd op de hoogte. Download 'm hier voor iOS en hier voor Android.

Ster advertentie
Ster advertentie