Ibrahim A. deed zich voor als online modellenscout: 'Ik durf nu minder mensen te vertrouwen'

Rechtszaak

Ibrahim A. (26) deed zich online onder andere voor als een vrouwelijke modellenscout en benaderde jonge meisjes met de vraag of ze model wilden worden. Hij deed dit via sociale mediaplatforms zoals Instagram en TikTok, waarbij hij de meisjes vriendelijke berichtjes en complimentjes stuurde. Wat begon met onschuldige chats, mondde uit in seksueel misbruik. Vorige week verscheen Ibrahim A. voor de rechter. Het Openbaar Ministerie eist een gevangenisstraf van acht jaar en tbs met dwangverpleging tegen de verdachte.

De zaak kwam aan het licht doordat de zus van een Belgisch slachtoffer het chatcontact met de 'modellenscout' tegenkwam op haar iPad. Het slachtoffer had toegegeven naaktfoto’s te hebben gestuurd naar de zogenaamde modellenscout. De ouders van het slachtoffer zijn daarop naar de politie gestapt. De politie kon via het online contact het IP-adres van de dader traceren. Het bleek niet om een vrouwelijke modellenscout te gaan, maar om de 26-jarige man Ibrahim A. uit Den Haag.

Slachtoffers aan het woord

Bij de rechtszaak waren geen slachtoffers aanwezig, vanwege hun jonge leeftijd. De meeste slachtoffers van Ibrahim A. zijn jonger dan twaalf jaar; het jongste slachtoffer is vier jaar oud. Tijdens de rechtszaak maakten vooral ouders gebruik van hun spreekrecht. Alissa Hippe, onderzoeksjournalist voor Het Misdaadbureau, was bij de rechtszaak aanwezig: "Wat vooral naar voren kwam bij die ouders, is dat ze het zichzelf kwalijk nemen. Een moeder zei bijvoorbeeld: 'Als moeder wil je niets liever dan je kind beschermen, en ik kon haar niet beschermen tegen jou.'"

Ook sprak de advocaat van een van de slachtoffers namens haar in de rechtszaak: "Na het misdrijf heb ik te maken gekregen met angsten die veel groter werden." Het slachtoffer beschrijft dat ze niet meer in groepen of drukke menigten durfde te zijn, ze niet meer alleen thuis durfde te zijn en ze zichzelf pijn deed. "Ik ging steeds minder naar school, omdat ik het spannend vond om daar te zijn met allemaal mensen die er misschien iets van hadden gezien, wisten of vonden." Daarnaast beschrijft het slachtoffer dat ze nu minder mensen durft te vertrouwen: "Ik heb het idee dat alle jongens hetzelfde zijn en dit kunnen gaan doen."

Hulp zoeken is lastig

Er zijn al meer dan dertig slachtoffers geïdentificeerd, maar er zijn ook nog slachtoffers onbekend. "De politie heeft gezien dat er meer slachtoffers zijn gemaakt", laat Maaike Kampen, zedenofficier van het Openbaar Ministerie, weten. "Die meisjes hebben ze nog niet kunnen identificeren." Valerie Pijlman, van het Nederlands Studiecentrum Criminaliteit en Rechtshandhaving (NSCR), stelt dat weinig slachtoffers van online seksueel misbruik zich melden, vooral als ze nog jong zijn. "Ze zijn bang dat hun ouders hen misschien niet zullen begrijpen of dat ze zelf strafbaar zijn."

Zedenofficier Kampen laat weten dat als meisjes denken slachtoffer te zijn van deze dader, ze zich nog altijd kunnen melden. "Ik zou die meisjes sowieso heel erg aanmoedigen om met iemand erover te praten. Als ze nog naar de politie willen, dan kan dat. Al is het alleen maar om te weten of je foto’s op die harde schijf zijn aangetroffen. De politie kan dit nagaan als dat jou helpt."

De ouders van een van de slachtoffers deden tijdens de rechtszaak ook een oproep: "Neem het serieus en praat met je kinderen." Een open gesprek over online seksueel misbruik met kinderen is belangrijk, laat kinderpsycholoog Danielle Goedhart-Bax weten: "Geef ze uitleg, hoe jong ze ook zijn. Je hoeft ze niet bang te maken, maar bewustwording creëren is noodzakelijk."

Benieuwd naar de volledige podcast over de rechtszaak tegen Ibrahim A.? Luister nu de nieuwste aflevering van Het Misdaadbureau.