Spoed en Tegenspoed – 30 jaar op de ambulance
- Nieuws
- Spoed en Tegenspoed – 30 jaar op de ambulance
[EO] Onderweg naar een 112-melding krijgt ambulanceverpleegkundige Piet Stuive een ernstig ongeluk dat hem bijna zijn leven kost. Van het ene op het andere moment verandert hij ineens van zorgverlener naar patiënt. Over deze situatie en de 30 jaar die hij op de ambulance werkte, schreef Piet Stuive de biografische verhalenbundel ‘Spoed en Tegenspoed’. Met het boek wil Piet een belangrijke boodschap uitdragen: heb respect voor het werk van hulpverleners.
Ambulancebroeder schrijft boek
Woensdagavond was Stuive te gast in Langs de Lijn En Omstreken, speciaal voor alle Radio 1 luisteraars mogen we alvast een hoofdstuk uit zijn boek publiceren:
Agressie tegen hulpverleners
Als je over agressie tegen hulpverleners leest, denk je al gauw verontwaardigd: Dit bestaat toch niet, die mensen willen alleen maar hulpverlenen aan mensen in nood! Of je denkt: Dat is gestoord, dat doet een normaal mens toch niet?
Tja, dat zou je inderdaad kunnen denken, maar de realiteit is helaas anders. Vaak is alcohol de boze medespeler. Mijn collega’s en ik hebben het vele malen zien gebeuren.
Bijvoorbeeld bij voetbalrellen, tjonge jonge, met zijn honderden voelen ze zich stoer. Op een afstand met bakstenen gooien naar onze ambulance, dwars door de voorruit heen. Dat vinden ze leuk, als ze samen zijn. Maar sta je alleen met zo’n stoere relschopper, oog in oog, dan is zo eentje maar een zielig knaapje.
Dat weten ze natuurlijk en misschien proberen ze ons daarom wel op afstand te houden. De keien vliegen je soms langs de kop, het is echt niet normaal meer wat een agressie er op je afkomt.
Zo werden we maar weer eens gestuurd naar voetbalrellen in de stad, deze keer ter hoogte van het treinstation. We troffen een enorme randdebiele meute: lieden die zich ongetwijfeld graag sportliefhebber noemden, stonden elkaar uit te dagen. Niets was te dol, ze hadden stokken en stenen en ander wapentuig.
Het was een opgewonden bende, tot het er bij eentje misging. Deze stoere supporter had een zelfgemaakte pijpbom bij zich. Bij het afsteken ging het mis. De bom ging te vroeg af, en boem! Dag! zeiden zijn vingers. En jawel, toen mochten die vervelende hulpverleners er wél langs.
Daar lag hij dan. Wat een stoere supporter, bedekt met dreigende tattoos zoals ‘fuck you’ en dergelijke kreten. Alleen keek die supporter nu niet zo stoer meer. Heel bang keek hij naar zijn verdwenen vingers, huilend.
Terwijl hij alsmaar bleef huilen, vervoerden we hem naar het ziekenhuis. Moest ik nou medelijden hebben met zo’n jongen? Maar cynisme paste natuurlijk ook niet, zoals vragen wie de wedstrijd gewonnen had. Hij duidelijk niet.
Een uurtje later kreeg een andere ambulance de opdracht om met spoed naar de plek te gaan waar die pijpbom af was gegaan. Er waren vingerfragmenten gevonden, was gemeld. Later spraken we de bemanning van die ingezette ambulance, die ons vertelde hoe dat precies gegaan was. Man, man, wat heb- ben we het bescheurd, ik bleef er haast in van het lachen.
Ter plaatse had een supporter de gevonden restanten laten zien van wat de supportersvriendjes als vingerkootjes hadden omschreven. Op dat moment was er een man uit het naastgelegen restaurant naar buiten gekomen. Ook hij had naar die restanten gekeken en was begonnen te lachen. “Nou”, had hij lachend gezegd, “ik ben al jaren kok, maar ik kan je wel met zekerheid zeggen dat dit geen vingerrestanten zijn, maar stukken van kippenpootjes.”
Op de post hebben we er nog hartelijk om gelachen. Die dag riepen we vaak: “GN21, uitrukken reanimatie kippenpootjes!”
Het boek van Piet Stuive komt deze maand uit, meer informatie is te vinden via http://stuivebhvshop.nl/spoed-en-tegenspoed