Achtergrond

Hebe Kohlbrugge koos altijd de goede kant in de eeuw van uitersten

foto: EO - Herma van Bovenfoto: EO - Herma van Boven
  1. Nieuwschevron right
  2. Hebe Kohlbrugge koos altijd de goede kant in de eeuw van uitersten

[EO] Ze leek welhaast onsterfelijk, de 102-jarige Hebe Kohlbrugge. Toen ik vorige week maandag bij haar op bezoek was, spuwden haar ogen vuur over een theologische biografie van een allang geleden gestorven vriend van haar. De biograaf had er niets begrepen en zij zou hem dat laten weten ook. Zo strijdbaar als ze vorige week maandag nog was, zo strijdbaar is ze altijd geweest. In de nacht van 13 december 2016 is ze gestorven.

Hebe Charlotte Kohlbrugge werd op 8 april 1914 geboren in Utrecht als jongste van vijf zussen. Na de middelbare school leerde ze korte tijd voor verpleegster voordat ze in de jaren dertig van de vorige eeuw als au pair naar Engeland vertrok. Daar paste ze op de kinderen van John Churchill, een neef van Winston Churchill, die toen nog in de oppositiebanken zat. John Churchill stond, anders dan zijn oom, sympathiek tegenover Nazi-Duitsland. Zijn verhalen maakten Hebe Kohlbrugge nieuwsgierig.

In 1936 ging ze naar Nazi-Duitsland en zag op 20 april van dat jaar Adolf Hitler, staand in een open wagen, langsrijden in Berlijn ter gelegenheid van zijn 47ste verjaardag. Omdat ze weigerde de Hitlergroet te brengen werd ze gearresteerd, maar kwam vrij na bemiddeling van de Nederlandse ambassade. Wel werd het Hebe Kohlbrugge verboden ooit nog een voet op Duitse bodem te zetten.

Bijna te laat

Na de Duitse inval ging ze, sneller dan menig ander, in het verzet. Daartoe werd ze mede aangezet door haar drie jaar oudere zuster Hanna Kohlbrugge, die meteen besefte dat de zogenaamde Ariërverklaring, die op 6 oktober 1940 aan alle ambtenaren werd toegestuurd, helemaal niet deugde. In die verklaring moest iemand aangeven of hij Ariër was of Jood.

De Ariërverklaring vormde de opmaat voor de Jodenvervolging in Nederland, die meer dan honderdduizend Joden het leven zou kosten. Hebe en haar zuster verspreidden het pamflet Bijna te laat, dat geschreven werd door de predikant Jan Koopmans en waarin gewaarschuwd werd voor het lot dat de Joden stond te wachten onder de Duitse bezetting.

Nadien liep ze de zogenaamde ‘Zwitserse weg’, waarin ze met microfilms vol materiaal over het verzet via Zwitserland de regering in ballingschap in Londen wilde informeren. In 1944 werd ze gearresteerd en naar concentratiekamp Ravensbrück gebracht, waar ze ziek werd en slechts met hulp van twee eveneens gevangen Tsjechische communistes wist te overleven.

In 2009 ging ik met haar en een televisieploeg van de EO op reis naar ‘plaatsen van herinnering’ aan de oorlog. Nadien bezocht ik haar vele malen thuis, telkens in het besef bevoorrecht te zijn bevriend te mogen zijn met iemand die een getuige was van de ‘eeuw van uitersten’, zoals de twintigste eeuw wel is genoemd. In die eeuw van uitersten koos zij altijd de goede kant: voor de democratie en tegen welke dictatuur dan ook.

Wim Berkelaar is historicus bij het Historisch Documentatiecentrum voor het Nederlands Protestantisme van de Vrije Universiteit

Ster advertentie
Ster advertentie