Waarom je neus 'neus' heet
- Nieuws
- Waarom je neus 'neus' heet
[NTR] Meer dan een eeuw gingen taalonderzoekers ervan uit dat er geen verband bestaat tussen de klank van een woord en de betekenis ervan. Nieuw onderzoek werpt een ander licht op de zaak.
Wat bij ons een ‘vogel’ heet, heet in het Russisch ‘ptitsa’, in het Swahili ‘ndege’ en in het Japans ‘tori’. Daar zit totaal geen verband in. Dat we een neus ‘neus’ noemen, zou dus ook volslagen toeval zijn. Natuurlijk vinden we wel verbanden tussen verwante talen: onze ‘neus’ heet in het Engels ‘nose’, in het Duits ‘Nase’ en in het Frans ‘nez’. Allemaal woorden met een ’n’ in de uitspraak.
Niet zo gek als je bedenkt dat Nederlands, Engels en Duits tot de Germaanse talen behoren. En het Frans is een Romaanse taal die samen met de Germaanse talen tot de Indo-Europese talen behoort. Al die talen zijn familie van elkaar dus is het niet raar dat er overeenkomsten zijn in de klanken van verschillende woorden die hetzelfde betekenen. Maar overeenkomsten tussen niet-verwante talen zouden volgens het heersende paradigma in de taalkunde hoogstens op toeval kunnen berusten.
Nieuw onderzoek laat echter zien dat de klanken die totaal verschillende talen voor woorden met dezelfde betekenis gebruiken, veel minder toevallig zijn dan gedacht. Er is juist een diepe gelijkenis tussen klanken van verschillende woorden voor dezelfde dingen in duizenden talen.Een internationale groep onderzoekers, onder wie Søren Wichmann van de Universiteit Leiden, publiceerde hun resultaten deze week in het tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences (PNAS).
Woorden voor 'tong'
De onderzoekers bestudeerden voor meer dan vierduizend talen (62% van de ruim zesduizend nog gesproken talen in de wereld) hoe honderd basiswoorden worden uitgesproken. Het gaat dan om persoonlijk voornaamwoorden zoals ‘mij’, ‘hij’ en ‘zij’, lichaamsdelen zoals ‘neus’ en ‘tong’, zelfstandig naamwoorden zoals ‘vis’ en ‘ster’ en werkwoorden.
De onderzochte talen bestrijken zelfs 85% van alle bekende taalfamilies. Tot nu toe hadden onderzoekers nooit meer dan 200 talen tegelijk bekeken. Dat blijkt achteraf een te kleine dataverzameling te zijn geweest.
Het sterkste klankverband vonden de onderzoekers voor woorden die delen van ons lichaam aanduiden. Zo blijkt dat de woorden voor ‘neus’ veel vaker dan verwacht klanken als “neh” of “oo” gebruiken. Woorden voor ‘tong’ bevatten veel vaker dan verwacht de “ll”-klank, zoals “llengua” in het Catalaans, “keel” in het Ests, “nyelv” in het Hongaars en “langue” in het Frans.
Woorden voor ‘zand’ bevatten vaak een “s” zoals ‘sand’ in het Engels, en woorden voor ‘rood’ en ‘rond’ vaak een “r” zoals het Engelse ‘red’ en ‘round’. Woorden voor een blad van een boom bevatten vaak de klanken “b”, “p” of “l”, maar dus niet al die andere medeklinkers.
Bouba of kiki?
Een sluitende verklaring voor het feit dat woordklanken veel minder toevallig zijn dan tot nu toe gedacht hebben de onderzoekers niet. Ze opperen diverse hypotheses. Eentje daarvan heeft te maken met hoe het menselijk brein zintuiglijke waarnemingen verwerkt. Het idee is dat het brein automatisch patronen vindt in signalen die van verschillende zintuigen komen, bijvoorbeeld beelden en geluiden.
Je zou kunnen zeggen dat wat mensen met synesthesie heel sterk hebben − de vermenging van zintuiglijke waarnemingen − iedereen wel een klein beetje heeft. Kijk maar eens naar de volgende plaatjes:
Als je dit plaatje aan mensen laat zien en vraagt bij welke tekening ze het verzonnen woord ‘bouba’ vinden passen en bij welke het verzonnen woord ‘kiki’, dan hebben over de hele wereld mensen dezelfde voorkeur: ‘kiki’ past bij de puntige ster en ‘bouba’ bij de vloeiende wolk. De klank van ‘kiki’ heeft kennelijk iets hoekigs of puntigs, en de klank van ‘bouba’ iets ronds en vloeiends.
Wat de dieperliggende verklaring ook is, een belangrijk paradigma uit de taalkunde lijkt te zijn gesneuveld: klanken van woorden met dezelfde betekenis in niet-verwante talen zijn minder toevallig dan gedacht.
Meer over het Bouba-Kiki effect in deze video:
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Bron: Damián Blasi et al. Sound–meaning association biases evidenced across thousands of languages. PNAS, 12 september 2016