Ajax vs Feyenoord: Kan wetenschap voetbalrellen verklaren?
- Nieuws
- Ajax vs Feyenoord: Kan wetenschap voetbalrellen verklaren?
Vandaag is het weer zover: de wedstrijd Ajax-Feyenoord, de tweede “Klassieker” van het voetbalseizoen staat op de agenda. Naast de vraag wie er gaat winnen, houdt ook de vraag of iedereen er heelhuids vanaf zal komen de gemoederen bezig. Want in het verleden stond deze wedstrijd ook menig maal garant voor stevige rellen.
Wanneer je regelmatig met sportonderzoekers spreekt, valt het op dat zij een weinig romantisch beeld over sport en supporters lijken te hebben.
Neem Marjet Derks bijvoorbeeld, de eerste vrouwelijke Nederlandse sporthistorica. In een eerder gesprek met De Kennis van Nu noemde zij ‘meedoen is belangrijker dan winnen’ de grootste leugen uit de sportgeschiedenis. Hoewel saamhorigheid en plezier ook bij sport horen, draait sport volgens Derks toch vooral om het winnen. “Dat winnen niet belangrijk zou zijn, staat haaks op wat sport in feite is”, vertelde Derks ons. “Sport is een harde business, zeker wanneer er geld mee gemoeid is.”
En Agnes Elling, sportsocioloog bij het Mulier-instituut, benadrukte dat een sportevenement een pseudo-strijd tussen groepen is die zich van elkaar afzetten en het evenement zelf een aanleiding vormt voor een feestje. Aan de telefoon kan Ruud Stokvis, emeritus-sportsocioloog aan de Universiteit van Amsterdam, sport ook niet anders omschrijven dan een fenomeen waarbij “twee partijen op basis van gemeenschappelijke regels overeenkomen met elkaar te strijden. Dat zorgt naast de intense binding binnen de eigen groep, ook voor een sterk gevoel van oppositie tegenover de ander.”
Hormonen alleen bieden onvoldoende verklaring
Het gevoel van binding, dat is voor psychologen niets nieuws. De hormonen oxytocine en testosteron spelen een belangrijke rol in het verbindende effect tussen mensen van dezelfde groep. En beide komen in grote hoeveelheden bij voetbalsupporters voor.
Oxytocine (misleidend vaak het knuffelhormoon genoemd) zorgt naast een grotere groepsbinding tussen leden onderling, ook voor een grotere vijandigheid naar andere groepen. Testosteron is een hormoon dat niet per se voor meer agressie zorgt, maar wel een hormoon dat een gevoel van sociale dominantie teweegbrengt. De winnende groep heeft altijd beduidend meer testosteron in zich dan de verliezer. Maar als er op het veld iets onrechtvaardig gebeurt, kan de testosteron bij de verliezer juist hoog oplopen.
Dat gevoel van saamhorigheid bij supporters onderling is overigens van zeer korte duur volgens Agnes Elling en sport en media onderzoeker Jacco van Sterkenburg (Erasmus Universiteit Rotterdam). Er is telkens een nieuw sportevenement nodig om het op te roepen.
Volgens Stokvis zijn enkel die hormonen ook geen reden voor de rellen: “In een vijftigduizend koppen tellend stadion, is het altijd minder dan 0,5 procent dat er uitdrukkelijk op gefocust is om te vechten en daar plezier aan te beleven. Doorgaans zijn het kansarme jonge blanke mannen. Hooliganisme is een fenomeen dat halverwege de jaren 70 is begonnen. Onderzoeker Ramon van Spaaij toonde ook aan dat geweld bij Zuid-Europese voetbalclubs veel lager ligt dan bij Noord-Europese. Het is daarom echt een mentaliteitsinstelling bij bepaalde supporters die de boosdoener is. Maar het is aartsmoeilijk om deze er uit te krijgen.”
Radio 1 houdt je dagelijks op de hoogte over de laatste ontwikkelingen in de wetenschap
Maandag t/m vrijdag rond 16.20 uur in Nieuws en Co
Dinsdag en vrijdag rond 10.50 uur in De Ochtend
Dit artikel is verzorgd door de wetenschapsredactie van De Kennis van Nu (NTR).