Kinderen met Downsyndroom kunnen heel goed praten zonder woorden
- Nieuws
- Kinderen met Downsyndroom kunnen heel goed praten zonder woorden
Het gebruik van gebaren is goed voor de taalontwikkeling van kinderen met het syndroom van Down. Hoog tijd dat daar meer aandacht voor komt, zegt onderzoeker Stijn Deckers. "Nu onderschatten we vaak hoe goed deze kinderen eigenlijk kunnen communiceren."
Jonge kinderen met het syndroom van Down hebben vaak moeite met spreken: door een verminderde spierspanning in hun mond en een vaak grote tong is het voor hen lastiger om klanken te produceren. Maar ze begrijpen veel meer dan je misschien zou denken, vertelt gedragswetenschapper Stijn Deckers, die onlangs op het onderwerp promoveerde aan de Radboud Universiteit. "Wat ze willen zeggen, komt er alleen lang niet altijd uit. Voor deze kinderen is het gebruik van gebaren daarom vaak een goede oplossing."
Honderden gebaren
Deckers onderzocht de taalontwikkeling van 40 kinderen met het syndroom van Down en was onder de indruk van hoe bedreven de kinderen waren in het gebruik van gebaren. "Sommige kinderen gebruiken wel driehonderd verschillende gebaren. Die komen grotendeels overeen met de woorden die hun normaal ontwikkelende leeftijdsgenoten gebruiken. De taalontwikkeling van deze kinderen is dus eigenlijk vergelijkbaar met die van andere kinderen."
In de zorg en het onderwijs is er nog te weinig aandacht voor alternatieve communicatievormen, vindt Deckers. En ook in wetenschappelijk onderzoek: bij het meten van de woordenschat van een kind worden gebaren bijvoorbeeld niet meegeteld. Zo ontstaat er een vertekend beeld van hoe goed een kind eigenlijk kan communiceren.
Tekst loopt door onder afbeelding
© Kim's Fotografie & Creatie
Gebaren zitten gesproken taal niet in de weg
Veel mensen denken dat het gebruik van gebaren de ontwikkeling van gesproken taal vertraagt, maar volgens de onderzoeker is dat idee echt achterhaald. "Uit eerdere studies weten we al dat die twee communicatievormen elkaar niet in de weg zitten, en mijn onderzoek bevestigt dat." Sterker nog, het gebruik van gebaren is juist belangrijk voor de taalontwikkeling van deze kinderen. Want hoe beter kinderen kunnen communiceren – op welke manier dan ook – hoe meer en vaker andere mensen met ze gaan praten. En dat stimuleert dan weer de taalontwikkeling, want oefening baart kunst.
We zouden dus eerder moeten beginnen kinderen met het Downsyndroom gebaren aan te leren, zegt de onderzoeker. En uiteindelijk komt alles toch wel op z’n pootjes terecht, benadrukt hij. "Bij de meeste van deze kinderen zie je dat als ze een jaar of vijf zijn, hun gesproken taalontwikkeling met grote sprongen vooruitgaat. De gebaren verdwijnen dan vanzelf naar de achtergrond."
Ook voor volwassenen
Om wat voor gebaren gaat het eigenlijk? Deckers: "Het zijn in het begin vooral heel basale woorden, zoals woorden voor eten, drinken, spelen en gebruiksvoorwerpen. Die krijgen de kinderen bijvoorbeeld aangeleerd door hun ouders of door de logopedist. Veel van de gebaren zijn afkomstig uit de Nederlandse gebarentaal, maar anders dan bij gebarentaal worden ze vooral als losse woorden gebruikt, zonder de formele zinsstructuur."
Het gebruik van alternatieve vormen van communicatie kan trouwens ook een uitkomst zijn voor volwassenen die moeite hebben met praten, zegt Deckers. "Denk bijvoorbeeld aan mensen met afasie, dementie of ALS. Ook voor deze groep mensen is het belangrijk dat er meer aandacht komt voor het gebruik van gebaren, en ook voor het inzetten van bijvoorbeeld pictogrammen, foto’s, voorwerpen en spraakcomputers."
Wil je ook gebaren leren? Op de Facebookpagina Het gebaar van de dag posten de zussen van een meisje met Downsyndroom iedere dag een nieuw gebaar.
NPO Radio 1 houdt je dagelijks op de hoogte over de laatste ontwikkelingen in de wetenschap
Maandag t/m vrijdag rond 16.20 uur in Nieuws en Co
Dit artikel is verzorgd door de wetenschapsredactie van De Kennis van Nu (NTR).