Een duel tussen collega's
- Nieuws
- Een duel tussen collega's
Het allerleukste aspect van de donderdagetappe in de Tour heeft menig Nederlander kunnen volgen; volgens de afdeling Kijkcijfers waren het er bijna één miljoen. Natuurlijk was het de bijna-dag van Steven Kruijswijk, maar het duel tussen de twee NOS-commentatoren Maarten Ducrot en Herbert Dijkstra mocht er ook wezen. Goede verstaanders hadden niet eens halve woorden nodig om deze “bataille” te kunnen volgen. Velen volgden het commentaar met gegniffel op de achtergrond.
Begrijp me goed: ik ben bevriend met beiden, ik heb hun sportloopbanen meegemaakt, ik heb wedstrijden van beiden verslagen, ik heb vele uitzendingen met beiden gemaakt en we zien elkaar nog steeds. Volgaarne zelfs: Dijkstra de Drent, Ducrot de Zeeuw.
Herbert Dijkstra
Dijkstra schaatste en fietste en deze volgeling van Jaap Eden kan zich erop voorstaan dat hij in 1988 aan beide Olympische Spelen deelnam: de winter in Calgary, de zomer in Seoul. Hij schaatste een sterke 10 kilometer en werd elfde en tekende voor de 13e plaats op de 5000 meter. In Seoul, een half jaar later, werd hij door een bijna valsspelende bondscoach buiten de 100 kilometer-ploegentijdrit gehouden. Hij werd reserve, waar ik van weet dat als hij meegereden had, de Nederlandse ploeg meer kansen had gehad, maar vriendjespolitiek bestond toen ook al. Vraag het de betrokken renners en je hoort de waarheid.
Grappig, triest en waar: toen de kledingpakketten voor de zomerspelen uitgedeeld werden, was er niets voor Dijkstra bij. De NOC-man die zulks regelde stelde slechts: "Hij heeft toch al een pakket voor Calgary en die Spelen gehad..." Dijkstra was de enige zomersporter in Seoul die in een wintersport-uitdossing liep.
Maarten Ducrot
Ducrot werd wereldkampioen in 1982 (met Solleveld, Van Binsbergen en Schipper) in Goodwood, studeerde af in Utrecht (psychologie) en fietste als drs. door het peloton, hetgeen nogal opviel. Op Olympisch vlak werd hij in 1984 vierde met de Oranjeploeg die verder bestond uit Breukink, Jakobs en Alberts. Daar, in Los Angeles, maakte Ducrot eerst mee hoe frustrerend het is vierde te worden en genoot daarna van de pracht en praal in Olympisch LA.
Daarna werd hij prof. Hij werd de Koning van Biafra genoemd vanwege zijn magere postuur. Won een Touretappe en reed vijfmaal in het Franse circus mee. Stapte ook op in Giro en Vuelta. Na zijn actieve sportperiode ging hij 'het bedrijfsleven' in, wilde baanbrekend de hele boel omgooien, maar stootte voortdurend op ambtenaren, wetten en regels die hem duidelijk maakten dat snelle veranderingen in ons land zelden snel uitgevoerd konden worden.
Dijkstra werd gymnastiekleraar (studiegenoot Gerard Kemkers) en later sportjournalist bij RTV Drenthe en later bij RTL. In 1994 haakte hij voorzichtig aan bij Studio Sport. Bij zijn eerste Tour-optreden voor die club, bood Dijkstra zich aan met een piepklein reistasje; daar zaten zijn kleren en toebehoren voor drie en een halve week in. Toen ik hem in die jaren, tijdens een autorit vroeg of hij de Guide Michelin even kon doorgeven, had hij geen idee. Welke kaart? Hij zag geen landkaart liggen, alleen een klein, donkerrood boekje.
Bevriend
Zoals gezegd: ik ben met beiden bevriend. Ik vroeg zelfs Ducrot om in 2004 bij de NOS te komen als analist, hetgeen hij vol twijfels deed. Hij had in de jaren daarvoor nog weleens uitgehaald in interviews naar het werk van de NOS en mij, en eigenlijk was hij verbaasd dat ik bij hem aanklopte als vervanger voor Erik Breukink. Dijkstra nam in 2003 mijn plaats in bij de Tour als het om directe verslaggeving ging, een jaar later deden Ducrot en hij het samen en was ik doorgeschoven naar een avondprogramma bij de NOS; soms mocht ik, bij lange etappes, Dijkstra een rustdagje geven. Tot 2015 rouleerden Dijkstra en ik bij het wielrennen als commentator en bleef Ducrot de vaste analist.
Wat gebeurde er donderdag? De etappe kreeg kleur door het rijden van Kruijswijk. Nederland schoof naar het puntje van de stoel, Dijkstra zette de enthousiasme-knoppen open en Ducrot kroop, hoorbaar, in zijn schulp. Nou komt dat meer voor, zo u weet (o.a. over de positie van de Franse renner Warren Baguil) en dan krijgen hun tweegesprekken iets licht korzeligs. Neen, ze vallen elkaar niet direct af, maar houden, beiden op geheel eigen manier, hun eigen lijn vast.
Waar Ducrot al in een vroeg stadium doorhad dat Kruijswijk een doodlopende straat in gereden was en dat voorzichtig zei, duwde Dijkstra het gas nog maar eens meer in: er was nog kans. De analist versomberde per kilometer, de verslaggever had bijna geen microfoon meer nodig: hij bereikte Nederland zo wel. Dijkstra fundeerde zijn verslag louter op het werkwoord hopen. Hij hoopte dat Kruijswijk het zou halen, hij hoopte dat de achtervolgers zouden stilvallen, hij hoopte...
Drie ons hoop
Op enig moment kropen de twee in meningen iets naar elkaar toe en zei Ducrot vergoelijkend: "Straks vlakt de weg uit en wordt het iets makkelijker rijden..."
Dijkstra greep die gelegenheid aan om zijn volume en spreeksnelheid aan te passen; hij kreeg hier immers nog drie ons hoop aangeboden van de analist...
Toen, met nog 3300 meter te rijden, de cavalcade van Kruijswijk eindigde en een bijna briesende Chris Froome hem overstak, liep het ventiel bij Dijkstra leeg. In zijn bijna niet te sturen enthousiasme en kijkend door een fraaie oranje bril had hij nu de taak de etappe verder te begeleiden, hetgeen uit de uiteinden van zijn gevoelens moest komen.
Het duel tussen de twee: twee meningen, twee standpunten, twee gevoelswerelden, twee verschillende denkwijzen, twee andere bases in denken en het uiten van dat alles leverde verrekt mooie televisie op, zonder dat we dat echt voelden of snapten. Hier streden gevoel tegenover hoop. Het was werkelijkheid en waarheid, ervaring en voorzichtig loslatend enthousiasme. Het golfde en stokte weer, het was leven tussen hoop en realiteit.
Ducrot wist dat Kruijswijk de zege niet zou behalen en verpakte zijn woorden in zachte termen. Dijkstra hoopte op een wondertje, maar wist eigenlijk ook wel dat er ging gebeuren wat er gebeurde. Een ding stond centraal: beiden overstelpten Kruijswijk met complimenten. Omdat Dijkstra echter zijn strategie gekozen had, moest hij wel doorgaan en gleed hij, toen Kruijswijk ingehaald werd, ook bijna letterlijk uit de uitzending weg. Ja, begrijpelijk. Hij had ingezet op een doldwaze middag met Oranje lol en leut op de Alp, eindigend in een bijna heldenrace van de Brabander van Lotto NL. Holland zou in polonaise de avond ingaan.
Realisme
Ducrot, die net zo graag Kruijswijk zag winnen als Dijktra dat deed, was de realist van de twee en hield een mooie, bijna bedaagde spreektrant aan. Het was fraai dat alles aan te horen. Ik feliciteer beiden vanop afstand en begrijp beiden ook. Ik durf ook te zeggen dat ik beiden goed ken en ze daarom ook begrijp.
En ik hoop ook vriend te blijven van die koppige Drent en die soms dromerige Zeeuw, die in de Tour niet samen reizen. Ducrot wil nog weleens naar de start gaan en Dijkstra kiest koers naar de finish om zich daar goed voor te bereiden.
Dan gaan ze zitten; Ducrot links en Dijkstra rechts. En beginnen ze te praten...
Over Mart Smeets
Mart Smeets is radio- en televisiepresentator, journalist en sportcommentator. Iedere zaterdag beschouwt hij voor EenVandaag gebeurtenissen en verhalen uit de sportweek, en zaken die daar aan verwant zijn.