Mart op maandag: Is commentaar geven een vak of hobby?
- Nieuws
- Mart op maandag: Is commentaar geven een vak of hobby?
Afgelopen zaterdag had ik even de kans naar de middagtelevisie te kijken; dat overkomt me zelden. Bij ongelofelijk toeval viel ik bij Eurosport in een uitzending die in een min of meer brute switch van de Ronde van Slovenië (denk ik) overging in een zeldzaam oninteressant prutblok waarna ik zwetende renners in de Route del Sud zag.
Het was daar een stevige bergetappe en op een of andere manier maakt je dat als kijker even rustig; de klimkadans vraagt om weinig woorden, dat sowieso, maar daar moet je bij Eurosport niet om komen.
Praten is daar een “must”. Niet dat ik daar een scherpe mening over neerleg, want ik heb het ooit anders, ja, heel anders, geleerd en ieder vogeltje zingt….etc, maar hier viel het wat ongelukkig uit.
Wie de sprekers van dienst waren weet ik (helaas) niet, maar het was aan de twee zo duidelijk af te horen dat ze NIET in Frankrijk waren en dat ze maar wat gingen zitten goochelen met cijfers en eindtijden toen er duidelijk gemaakt moest worden wie de leiderstrui in deze koers op zondag ging dragen.
Nou heb ik heel weinig recht van spreken, want ik heb zojuist mijn NBA-seizoen 2016/17 achter de rug en heb 50 wedstrijden uit Amsterdam en Hilversum becommentarieerd.
Dat is te doen als je de cijfermatige informatie goed binnenkrijgt en als je tijden kunt zwijgen.
Bij wielrennen is dat soms moeilijk en zeker als een puur chauvinistische en slordige registratie uit Frankrijk op je afkomt en jij, als commentator en als analist (?) niets meer hebt dan het beeld en je eigen bagage te kort schiet om de beelden te vullen.
Ik voelde met die twee jongens/mannen mee, maar voelde ook hoe vreselijk ze de bietenbrug opgingen. Dat was al gebeurd tijdens de (te) korte reportage waarin werkelijk de grootst mogelijke flauwekul dat voor reclame moet doorgaan, het wielrennen dooddrukte en van de sprekers bijna naar adem happende toekijkers maakte.
Mag ik de directie van Eurosport een advies geven: stuur Uw commentatoren “live” naar de wedstrijden, investeer in hun proces om het vak te leren anders dan in een Nederlandse bezemkast te huizen en op goed geluk maar wat teksten los te laten. Of zoals mijn vroegere collega Jos Kuijer altijd zei:” Als het kijkglas maar vol is.”
Ik ben bang dat de mensen die het geweten vormen van Eurosport eerst naar de centen kijken en dan pas naar de mensen. Dat hoor je vooral van de uitzendingen af.
Hoe de twee afgelopen zaterdag goochelden met de tijden van Dillier, Moscon, Ellisonde en Carapaz…om medelijden mee te krijgen en op zulke momenten besef je heel goed dat televisie maken (ook van iets triviaals als een etappe uit een redelijk onbekende koers in Frankrijk, geen Nederlander in beeld) een echt vak is.
Wat dat betreft stuur ik al mijn complimenten naar de tennisuitzending die via Ziggo Sport uitgezonden werd vanuit Rosmalen. De heren Alexander Zverev (favoriet) en Gilles Müller (veteraan) speelden een boeiende partij, maar alle lof gaat uit naar het perfecte analistengepraat van Jan Siemerink.
Hij was helder, doceerde prima, kende het spelletje en kwam helemaal goed op stoom toen hem lengte werd gelaten door de commentator (die ik ook niet bij naam ken, sorry) omdat Müller service-and-volley ging spelen.
Voor wie dat kwijt is: Siemerink was gedurende zeker tien jaar topspeler, een linkshandige vrijbuiter die grappig speelde en dus ook service-and-volley gebruikte. In zijn grote jaren was hij een serieuze bedreiging voor de top-5 van de wereld. Als hij zin had en zijn dag had dan werd het smullen. Hij toverde ballen over het net en maakte van uren tennis een waar spektakel. Ja, ik geef het toe, ik ben altijd fan van hem geweest en nu hij “analist” is geworden is hij meteen een van de beste van het hele peloton.
Hij kent de sport, hij weet wanneer hij wat moet of kan zeggen en hij legt dan goed uit wat er gebeurt.
Natuurlijk: hoe kon het mooier, een linkshandige veteraan ging een spelletje spelen dat Siemerink als een der besten ooit speelde en dus voelde de Nederlander zich als een vis in het water.
Hij wist wat er gebeurde in het hoofd van Müller en analyseren werd ineens een heerlijke toevoeging van een leuke wedstrijd.
Dat was dus heel goede sporttelevisie; ingegeven door het feit dat de commentator besefte dat hij hier veel beter kon zwijgen en omdat Siemerink in grootse vorm was.
Heus, het is geen sinecure om als oud-sporter ook meteen achter een microfoon te kunnen scoren en bij velen lukt dat niet. Jean Nelissen zei altijd:” Wie zegt me dat iemand die goed aan een krom stuur kon trekken ook een prettig lopende zin in goed Nederlands kan uitspreken, die ook nog hout snijdt.”
Siemerink (die weliswaar niet aan een krom stuur trok) kan het wel; zijn ritme is goed, soms zelfs geestig en hij doceert zo goed. Hij samen met Theo Bakker zou het allerbeste tennisduo in Nederland zijn, maar de goede Bakker hoor ik al een tijdje niet meer.
Dus?
Eurosport, alstublieft: stuur Uw mensen onderweg en leer ze het vak van dichtbij, bovenop de koers en Siemerink is de echte winnaar van het weekend.
Heerlijk om hem aan het werk te horen. Zijn teksten waren een pure verrijking van de reportage.
En waarschijnlijk zat Jantje ook gewoon in een studio in Hilversum…
Of konden de lijn- en reiskosten er ditmaal wel vanaf bij Ziggo Sport?