Cultuur & Media
NOS

Hoe het werkveld van forensisch onderzoek professionaliseerde

foto: Unsplashfoto: Unsplash
  1. Nieuwschevron right
  2. Hoe het werkveld van forensisch onderzoek professionaliseerde

Forensisch expert John Pel begon zijn loopbaan als portier bij de Amsterdamse politie, maar nam vijfendertig jaar later afscheid als leidinggevende bij het Landelijk Team Forensische Opsporing, verantwoordelijk voor de belangrijkste Nederlandse plaatsen delict. Over wat er in die jaren gebeurde, hoe zijn werk professionaliseerde en welke invloed het op hem had schreef hij het boek 'Sporen liegen niet'.

Forensisch expert John Pel schreef het boek 'Sporen liegen niet'

“Het was altijd een strijd tussen de techniek, tactiek en de info”, vertelt Pel in NOS Met het Oog op Morgen. Zijn grootste vijand was het zogenoemde ‘spoorvernietigingscommando.’ “Dat zijn de collega’s die als eerste ter plaatse komen of de rechercheurs die later ter plaatse komen en dan vanuit een soort bezetenheid het plaats delict opstormen en dan jouw bewijs vernietigen.”

Bewijs

Hoe belangrijk forensisch onderzoek is, wordt geïllustreerd in de allereerste zaak van Pel, toen hij nog een leerling was. Hij vond daar bewijs dat iedereen over het hoofd had gezien. “Ik was een hele eigenwijze druiloor. Als leerling moet je mond houden en meelopen, maar ik vond het plaats delict wel heel klein afgezet.” Pel wilde verder kijken. “Ik nam de vrijheid om te vragen: goh jongens, in verband met m’n studie, laat me iets meer vieren.” Bij het zoeken vond hij een peuk. “Het as zat er nog aan. Het had die dag geregend en die peuk was nog droog.”

Dit cruciale stukje bewijs zal vijftien jaar later een grote rol spelen bij de zaak. “Toen konden we nog niks met DNA, maar het wel mijn interesse.” De jonge Pel verwerkte de peuk veilig als bewijs, onwetend van het belang. “Dat dit zou leiden tot de ontknoping van een zaak, waar iemand dertien of veertien jaar gevangenisstraf kreeg.”

Professionalisering

Tijdens zijn loopbaan heeft hij ook geprobeerd om het werkveld te professionaliseren. Hij wilde ervoor zorgen dat plaats delicten ‘DNA proof’ zouden worden. Er moest zo veel mogelijk bewijs overblijven. Zo bedacht hij soepkommen over kogels of groen-wit lint in plaats van rood-wit lint. Dan mochten zijn collega’s niet naar het plaats delict. Zelf vindt hij het geen rocket science. Het ging niet zonder horten of stoten. “Als eerste kreeg ik te horen: het kan niet, er is geen geld voor en dat gaan we niet doen.” Daar was Pel het niet mee eens. “Ik ben dan weer zo’n idioot. Dat triggert mij: dat maken we zelf wel uit, hé?”

Hij ging zelf aan de slag. Daarvoor kwam hij terecht bij Hans Baars. Hij was de directeur van het bedrijf ‘De Ridder’ dat al dertig jaar materiaal leverde aan de politie. “Ik zei: Hans, ik heb een uitdaging. Geld is er niet en ze zeggen dat we het ook niet kunnen implementeren”, vertelt Pel. “Zo’n soepkom werd al gemaakt, die kostte al niks. Daar ging dan maar een groen plakkertje op. Hans heeft tien rollen van dat lint gemaakt.” Zonder het aan iemand te vertellen of te vragen zette Pel het lint rondom een plaats delict. “Dat rode-witte lint was er om de burger er buiten te houden, maar niet de politiefunctionaris.”

PTSS

De jaren als forensisch onderzoeker hebben wel een impact op hem gehad. Hij kreeg PTSS door zijn ervaringen op het plaats delict. Op aanraden van zijn therapeut is heeft hij het boek geschreven. “Het klinkt misschien heel gek, maar het grootste probleem is als je iets vergeten bent. Je bent in een woning bezig, dan vergeet je iets. Je gaat naar de auto, pakt wat je vergeten bent en dan ga je terug. Dan is het net alsof je een klap krijgt.”

Het boek 'Sporen liegen niet' ligt nu in de boekenwinkels.

OOG john pel

Download de NPO Radio 1-app

Met onze app mis je niks. Of het nou gaat om nieuws uit binnen- en buitenland, sport, tech of cultuur; met de NPO Radio 1-app ben je altijd op de hoogte. Download 'm hier voor iOS en hier voor Android.

Ster advertentie
Ster advertentie