Twee jaar sinds Russische invasie in Oekraïne

Verslaggever Roel Pauw is in Oekraïne bij Hostomel Airport, iets boven Kyiv. Op de eerste dag van de Russische invasie, 24 februari 2022, voerde Rusland een luchtaanval uit op Hostomel Airport. Het doel was het vliegveld zo snel mogelijk in te nemen, zodat grote transportvliegtuigen, nieuwe troepen en nieuw materieel konden aanvoeren. Dat is niet gelukt, maar het was wel angstaanjagend voor de mensen die op het vliegveld aan het werk waren, vertelt Roel Pauw in het NOS Radio 1 Journaal.

De Russische president Poetin wilde Oekraïne snel veroveren, omdat hij wist dat er vanuit de hele wereld protest zou komen. Omdat Oekraïne terugvocht, lukte een snelle oorlog niet, zegt oud-commandant Landstrijdkrachten Mart de Kruif in het NOS Radio 1 Journaal. "Poetin is eigenlijk aan een plan B begonnen: een uitputtingsoorlog, met alle politieke, financiële en militaire macht die hij heeft." Volgens De Kruif maakt dat het moeilijk voor Oekraïne, omdat dat land minder middelen heeft.

Van de nu twee jaar durende oorlog noemt De Kruif het offensief van de zomer van 2022 als een van de belangrijke kantelpunten. "Toen de eerste spullen van het Westen aankwamen, zagen we herovering van Cherson en de doorbraak van het Oekraïense leger bij Charkiv. Dat leidde ertoe dat de Russen de verdedigingslinie gingen graven, zodat ze tijd konden winnen om de productie van wapens op te schroeven", zegt De Kruif.

Na de val van Avdiivka lijken de Russen de laatste tijd weer wat momentum te hebben, maar De Kruif verwacht nu geen offensief van Oekraïne. "Ze willen deze oorlog echt kunnen volhouden. Dan moet je zuinig zijn op je mensen en op de middelen die je hebt." Hoelang Oekraïne dat kan rekken, hangt volgens De Kruif grotendeels af van steun van het westen. "De sleutel voor de toekomst van Oekraïne ligt voor een groot deel in onze handen."