Mentale gezondheid is slechter bij homoseksuelen en bi-plus personen

In Nederland gaat het om zo'n twee miljoen mensen die lesbisch, homoseksueel of bi-plus zijn. Bij bi-plus gaat het niet alleen om mensen die biseksueel zijn, dus die op zowel mannen als vrouwen vallen, maar ook om mensen bij wie het geslacht niet uitmaakt. Transgenders en mensen die zich identificeren als non-binair zijn niet meegerekend in dit specifieke onderzoek.

Fase

"De cijfers die we hebben zijn wel zorgwekkend", aldus Hovius. "6 op de 10 mensen zei namelijk in de afgelopen vier weken last te hebben gehad van angsten en depressies." Bij heteroseksuelen zou het gaan om 4 op de 10 mensen die deze klachten hebben. Ook zoeken mensen van de LHB+ gemeenschap vaker mentale hulp en hebben ze vaker slapeloze nachten. Vooral mensen die bi-plus zijn hebben hier veel last van. "Buiten het CBS wordt hier ook wel onderzoek naar gedaan en waarschijnlijk gaat het vooral om stress, omdat ze een minderheid zijn", aldus Hovius. Daardoor voelen mensen zich eerder uitgesloten. Ook moeten mensen vaker uitleggen dat ze een partner hebben van bijvoorbeeld hetzelfde geslacht. "Mensen van de bi-plus gemeenschap komen deze momenten vaker tegen, omdat ze juist dus niet hetero of homo zijn." Volgens Hovius krijgen deze mensen bijvoorbeeld ook vaker te horen dat het een fase is. Ook ervaren ze vaker slaapproblemen en belemmeringen in het dagelijks leven hierdoor.

De groep homoseksuele en lesbische personen heeft ongeveer even vaak slaapproblemen als heteroseksuele personen. Wel hebben zij vaker te maken met angst- of depressiegevoelens (55 tegenover 42 procent) en hebben ze relatief vaak contact met een psychische zorgverlener (20 procent). Vooral jongeren hebben vaker deze mentale problemen. Dit zie je overigens niet alleen bij LHB+ personen, maar onder alle jongeren. "Maar ook hier is het bij de LHB+ gemeenschap erger dan bij heteroseksuele jongeren."