Deze Dag Toen: De eerste Nobelprijs wordt uitgereikt

De Nobelprijs is vernoemd naar de Zweedse chemicus Alfred Nobel (1833-1896). Het leve van Nobel stond voor een groot deel in het teken van de uitvindingen die hij deed. In 1866 ontwikkelde hij dynamiet, zijn bekendste uitvinding.

Het succes van de uitvindingen maakte hem een rijke industrieel. Toen hij stierf liet hij een kapitaal van 32 miljoen Zweedse kronen na. In zijn testament stond dat het geld gebruikt moest worden om prijzen uit te reiken voor natuurkunde, scheikunde geneeskunde, literatuur en voor de vrede.

Na zijn dood werd een stichting opgericht die de jaarlijkse Nobelprijzen in het leven riep. De prijzen worden betaald van de rente van het vermogen van Nobel. Vijf jaar na zijn overlijden werden op 20 december 1901 de eerste Nobelprijzen uitgereikt.

Winnaars

De eerste Nobelprijs voor Natuurkunde ging naar Wilhelm Röntgen voor zijn ontdekking van de röntgenstralen. De Nederlander Jacobus van ’t Hoff was de eerste winnaar van de Nobelprijs voor Scheikunde. Sully Prudhomme won de eerste Nobelprijs voor Literatuur.

De eerste Nobelprijs voor de Vrede werd uitgereikt aan Frédéric Passy voor het oprichten van de Interparlementaire Unie en naar Henri Dunant als grondlegger van het Internationale Rode Kruis. De Nobelprijs voor Fysiologie of Geneeskunde ging tenslotte naar Emil Adolf von Behring.

Vanaf 1902 is de uitreiking elk jaar op de sterfdag van Nobel, 10 december. De prijsuitreikingen zijn in Oslo en Stockholm en worden bijgewoond door leden van de Noorse en Zweedse koningshuizen.

Dat was toen, dit is nu.