De Grand Prix: 'Een decadente patser-party, géén topsport’

Bij het meerdaags evenement staan tribunes met vaste zitplaatsen in de buitenlucht. Ook gaan er waarschijnlijk extra toegangseisen gelden en mag naar verluid maar tweederde van de tribunes gevuld worden met publiek. Dat betekent dat er 75.000 toeschouwers welkom zijn. De vraag blijft of de organisatie uit de voeten kan met de voorwaarden die het kabinet stelt.

Géén topsport

Volgens de hoofdredacteur van het Nederlands Dagblad Sjirk Kuijper wordt de Grand Prix van Zandvoort ten onrechte als (top)sportevenement aangemerkt. "De overheid bevordert topsport principieel, omdat dit een positief effect heeft op de breedtesport. Als je voetbal ziet, dan is de kans groter dat je zelf een balletje gaat trappen. Of je kijkt naar wielrennen en je koopt zelf een fiets."

Hij vindt het belachelijk dat dit evenement onder het Ministerie van Volksgezondheid en Sport valt, en dus met argumenten die onder de volksgezondheid vallen, gefaciliteerd wordt. Die mogelijke gezondheidsvoordelen van de Formule 1, ziet Kuijper niet. Sterker nog, hij gaat zelf als autoliefhebber vaak juist harder en gevaarlijker rijden nadat hij naar beelden van raceauto’s heeft gekeken.

Gefêteerd

Hij noemt het 'heel vreemd' dat tijdens een corona- en klimaatcrisis een tóch al omstreden evenement mag doorgaan. "Het is niet eens zo dat de overheid dit faciliteert. Het wordt gefêteerd en gegarneerd. Er is al toestemming gegeven om met jachtvliegtuigen en helikopters een soort saluut te geven."

Groot publiek

Volgens voormalig coureur Michael Bleekemolen is de Grand Prix niet 'een dingetje' waar maar een paar mensen van genieten. "Daarnaast heeft het circuit vreselijk zijn best gedaan om de reis ernaartoe zo veilig mogelijk te laten verlopen." Volgens Bleekemolen komen veel bezoekers lopend of met de fiets uit Haarlem. "Dit is een evenement waar andere festivals in de toekomst een voorbeeld aan kunnen nemen."