Mannen stemmen vaker extreemrechts dan vrouwen, hoe komt dat?
- Nieuws
- Mannen stemmen vaker extreemrechts dan vrouwen, hoe komt dat?
[NTR] Extreemrechtse partijen zijn in heel Europa in opkomst. Opvallend daarbij is dat door heel Europa meer mannen dan vrouwen op extreemrechts stemmen. Zij zijn namelijk ongevoeliger voor het imago dat aan die partijen kleeft.
Op het eerste gezicht lijkt het verschil logisch. Mensen die op extreemrechtse partijen stemmen zijn vaak onderdeel van de arbeidersklasse en hebben een lagere opleiding genoten. In dit zogenaamde ‘blue collar’ werk zijn mannen oververtegenwoordigd, dus het stemadvies zou vanzelf volgen. Vooral omdat met name dit soort banen dreigt te verdwijnen vanwege automatisering.
Daarnaast zijn extreemrechtse partijen vaak conservatief in hun ideologie, gericht op het behoud van de wereld ‘zoals die vroeger was’. Ze zijn tegen immigratie, tegen politieke correctheid en tegen bemoeienis vanuit Europa. Mannen zouden meer op hebben met deze manier van denken, terwijl vrouwen juist coöperatief en verzorgend zouden denken en dus minder geneigd zijn het eens te zijn met een extreemrechtse partij.
Groepsmening heeft invloed op stemgedrag
Maar is dit wel het hele verhaal? Precies dat wilde Eelco Harteveld onderzoeken in zijn promotie-onderzoek aan de Universiteit van Amsterdam. "Ik begon met uitzoeken of mannen het inderdaad vaker eens zijn met de standpunten van extreemrechtse partijen. Dat bleek niet zo te zijn," zegt hij. Sterker nog: vrouwen zijn vaak zelfs iets extremer in bijvoorbeeld hun opvattingen over immigratie. En hoewel de socio-economische positieverschillen tussen mannen en vrouwen een groot deel verklaren, loste het niet het hele verschil op.
Harteveld onderzocht in Zweden of de mening van de groep invloed zou hebben op het stemgedrag. Dit deed hij door proefpersonen te laten ‘stemmen’ op een partij, waarbij ze tegelijkertijd gemanipuleerde cijfers konden zien die de meningen van andere deelnemers weergaven. "Voor sommige mensen leek een bepaalde partij heel onpopulair, voor anderen juist acceptabel. Als de partij niet geliefd leek, daalde de steun van vrouwen wel, maar van mannen niet. En omgekeerd kreeg een sociaal geaccepteerde partij van vrouwen juist meer steun, terwijl ook dit op de stem van mannen geen invloed had."
Geïnternaliseerde rolmodellen
Dit lijkt erop te wijzen dat sociale stigma’s op mannen minder invloed hebben dan op vrouwen. Volgens Harteveld maakt ook de inhoud van het partijprogramma en het gedrag van partijleden uit: als extreemrechtse partijen verstrikt raken in interne conflicten en de partij wordt geassocieerd met geweld en racisme, is zo’n partij ‘giftig’ en niet-legitiem in de ogen van kiezers. "Veel mensen willen daar niet op stemmen, maar voor vrouwen geldt dat nog net iets sterker," aldus Harteveld.
Dat met name vrouwen een afkeer hebben van zo’n giftige partij, heeft volgens Harteveld te maken met geïnternaliseerde patronen over verwachtingen en gedrag van de verschillende geslachten. Deze rolmodellen zijn veelvuldig beschreven in eerdere literatuur over het stemgedrag van mannen en vrouwen. De man wordt daarin gezien als de eenzame krijger die tegen de stroom ingaat, terwijl vrouwen juist de boel bij elkaar willen houden op sociaal vlak.
Genderneutraal, toch effect
Deze rolmodellen klinken vrij traditioneel. Het is daarom des te opvallender dat dergelijke resultaten naar boven kwamen in een relatief genderneutraal land als Zweden. ‘Zweden is een van de meest gendergelijkwaardige landen in Europa, zowel op het gebied van sociale als juridische context. Als het verschil hier, hoe subtiel ook, aanwezig is, dan zal het in meer traditioneel ingestelde landen nog groter zijn,’ aldus Harteveld.
De sociaalpsychologische wetenschap ligt al tijden onder vuur vanwege niet-repliceerbare onderzoeken en Harteveld is zich hiervan bewust. Hij wil daarom na zijn promotie graag verder met zijn onderzoek, om te kijken of zijn bevindingen in andere landen te herhalen zijn.
Lees een uitgebreide versie van dit artikel op de site van De Kennis van Nu (NTR).