Het politieke debat: To be prepared or not to be, that's the question
- Nieuws
- Het politieke debat: To be prepared or not to be, that's the question
Het wordt een lange politieke campagne met vele debatten. Een tip van Peter Kee: bereid je goed voor, en trek lessen uit het verleden.
In de nacht van woensdag 17 augustus zetten 630.000 Nederlanders de wekker om Dafne Schippers naar een zilveren Olympische medaille te duwen.
Tijdens het eerste Amerikaanse presidentsdebat tussen Clinton en Trump, afgelopen maandagnacht, keken zo’n 75.000 Nederlanders. Een stuk minder dan destijds naar Schippers, maar alsnog best veel.
Ook Alexander Pechtold zat aan de buis gekluisterd, en bracht dinsdagavond, samen met Margriet van der Linden, enthousiast verslag uit bij Pauw.
Terror-oehoe
Pechtold is een debatliefhebber – en hij is er goed in. Hij kent z’n cijfers, z’n feiten, én neemt, net voor een debat, altijd even de laatste, vaak triviale actualiteiten door. Goede voorbereiding noemt hij dat, ‘en weten dat je tegenstander met iets kan komen wat je kunt weerleggen’.
Zoals bij het EenVandaag-debat in aanloop naar de Provinciale Statenverkiezingen van maart 2015. Pechtold nam het op tegen eeuwige rivaal Geert Wilders. Het was de tijd van de terror-oehoe, die vervelende reuzenuil uit Purmerend die wekenlang voorbijgangers pestte. Een paar dagen voor het debat was die uil gevangen. Maar volgens Wilders was er een nieuwe terror-oehoe opgestaan: zijn opponent.
Nou, snoof Pechtold, en wees naar Wilders. ‘En daar staat de wolf.’
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Ja, een goede voorbereiding is het halve werk – minstens. Job Cohen kan erover meepraten. Ooit wist hij, aan tafel bij Twan Huys, de prijs niet van een casino-wit. Sta je dan, als sociaaldemocraat, losgezongen van het volk. Hoeveel werklozen er per maand bij komen? Te veel, mompelde Cohen. Hoe hoog de hypotheekschuld is? Nee, dat getal kende hij niet. Van dat stuntelige imago kwam Cohen nooit meer af - getekend voor het politieke leven.
In het politieke debat is een goede voorbereiding van levensbelang. Vraag dat maar aan enkele politieke kopstukken uit de recente geschiedenis.
1. Kwieke Fortuyn en afgematte Melkert
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
De beelden van het debat na de gemeenteraadsverkiezingen, op 6 maart 2002, zijn historisch. Pim Fortuyn had de macht gegrepen in Rotterdam, zijn Rotterdam, en voelde zich on top of the world. Ad Melkert stommelde later binnen - hij moest uit Heerenveen komen en stond in de file. Hij had die dag nog campagne gevoerd, en was afgemat.
Fortuyn niet. Die had de hele avond liggen slapen, en maakte een buitengewoon kwieke indruk, die hevig contrasteerde met zijn onderuitgezakte, grijze metgezellen, want naast Melkert zaten ook Hans Dijkstal, Paul Rosenmöller, Jan-Peter Balkenende en Thom de Graaf aan tafel.
Het was de rebelse new kid on the block tegen de zelfgenoegzame, decadente elite.
Een uitgeputte elite bovendien, waar Melkert symbool voor stond. Een wijze les dus voor politici: campagnevoeren is belangrijk, mits gedoseerd. Met andere woorden: pak ook je rust.
2. Halsema's mislukte vuurdoop
Bijna niemand kende Femke Halsema, toen ze het in 2003, in de aula van de Erasmus Universiteit, opnam tegen Gerrit Zalm. Ze was gespannen, schrijft ze in haar boek Pluche:
''Er maalt nog maar één zin door mijn hoofd terwijl ik naar de zaal loop: ‘Ik kan dit niet.’ Als ik het podium betreed, trilt alles. Mijn knieën, handen, gezichtsspieren. De andere lijsttrekkers keuvelen ontspannen of spelen hun zorgeloosheid overtuigend.''
En toen de gespreksleider haar confronteerde met de repressieplannen van de VVD, ging het al mis. 'Vijfduizend agenten bij de VVD. Hoeveel bij u?' Geen, zei Halsema, wél duizend nieuwe gezinsvoogden en jeugdhulpverleners. Een electoraal desastreus antwoord, schrijft ze. Het beeld van de 'zachte heelmeester van links, de vrouwelijke hand' hield ze zelf in stand.
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
En dat had ze kunnen weten. Gerrit Zalm, man van law and order, pak je niet met een fluwelen aanpak. Dat kunnen de linkse partijen in hun oren knopen, wetende dat ze in de campagne worden opgewacht door een rechtse artillerie van Baudet, Roos, Wilders en, in mindere mate, Rutte en Buma.
3. 'U draait en u bent niet eerlijk'
Jan-Peter Balkenende en Wouter Bos waren - in 2006 - verwikkeld in een fel debat bij Radio 1.'U draait en u bent niet eerlijk', zei Balkenende tegen Bos.
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Die kon Bos in zijn zak steken. Hij was niet gediend van deze regelrechte ad hominem, hij prefereerde een beleefd debat, maar niemand luisterde meer. Balkenende had deze sneer voorbereid - en Bos wankelde. Hier was hij niet op bedacht, terwijl het raadzaam is om op alles bedacht te zijn.
4. Revanche van Bos
Wouter Bos sloeg terug. 'Noem mij nou eens drie voorbeelden van iets wat u de afgelopen jaren gevraagd heeft aan mensen in Nederland met de allerhoogste inkomens.' Balkenende hakkelde wat, kwam er niet uit. Geef me dan twee voorbeelden, riep Bos uit, en daarna: geef me dan één voorbeeld!
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
En het grappige was: Balkenende gáf drie voorbeelden, maar zijn wollige verhaal leek in het geheel niet op een opsomming, waardoor het leek alsof hij de vraag ontweek.
Hier maakte Bos gebruik van een zwakte van Balkenende. Die bediende zich nogal eens van wollig taalgebruik en slikte soms zelfs hele lettergrepen in.
5. Rutte liegt, maar komt ermee weg
Het premiersdebat dan, in de aanloop naar de verkiezingen van 2012. Emile Roemer was in vorm, had er zin in, en ging in de peilingen nek aan nek met Mark Rutte.
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Rutte vloerde Roemer met een vileine tackle. Waarom, vroeg Roemer, bent u voor het verhogen van het eigen risico? Rutte keek even opzij - naar wie, een spindoctor? - en jokte: Ik ben niet voor het verhogen van het eigen risico. Terwijl dat toch echt in zijn verkiezingsprogramma stond.
Roemer was uit het veld geslagen, profiteerde niet, want met één scherpe vraag had hij Rutte kunnen vloeren. Dat zit Roemer nog steeds niet lekker, zei hij vorige maand nog bij Pauw. Hij zal dus gemener, gehaaider, moeten worden.
6. There you go again, of: nu doet u het weer
'Meneer Rutte, nu doet u het weer.' Waaróm Samsom dit tijdens het Lijsttrekkersdebat bij Knevel en van den Brink zei weet vast niemand meer (Rutte en Samsom kwamen in botsing over de staatsschuld en de economie), maar dát-ie het zei, wordt niet snel vergeten.
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
En dat maakt die oneliner zo sterk. Samsom verzon 'm overigens niet zelf, hij jatte hem van Ronald Reagan:
Om deze inhoud te tonen moet je toestemming geven voor social media cookies.
Ook dat kan een les zijn voor de campagne richting 15 maart 2017. Geen inspiratie? Kijk dan de kunst af bij de Amerikanen. Oók wanneer het debat 's nachts om drie uur plaatsvindt.
De reconstructie van Peter Kee is hier terug te luisteren: