NBA-spelers zijn verwende krengen, nietwaar?
- Nieuws
- NBA-spelers zijn verwende krengen, nietwaar?
Dit verhaaltje wil ik u niet onthouden. Het gaat over een Amerikaanse basketballer, Shaquille O’Neal, die in 1996 iets opmerkelijks deed dat aan de aandacht van velen ontsnapte, maar dat, vrij recentelijk, door een Amerikaanse journaliste, Jackie MacMullan van ESPN, weer eens opgediept werd.
In de tijd van Sint en Santa is het aardig om als vertaald doorgeefluik te fungeren en duidelijk te maken dat die strontrijke, verwende en over het paard getilde profbasketballers zo soms heerlijke menselijke eigenschappen vertonen.
Dat Shaq een meester is in het ruimschoots verdelen van zijn vele geld, wordt in de NBA-wereld voor vast aangenomen. Shaq was jarenlang de beste 'tipper' voor ballboys, studenten die zijn auto wegzetten en mensen die pizza’s voor hem haalden, voor en na de wedstrijd.
Bij het binnenrijden van de parkeerplaats van de Los Angeles Lakers had Shaq (ja, ik geef het toe, het klinkt werkelijk zeer protserig) altijd een biljet van honderd dollar klaar voor de man die zijn auto de goede kant op wees. Geld was voor de jonge multimiljonair een merkwaardig fenomeen. Toen hij jong was, was hij arm, nu hij een top-sportman was, bleek hij bijna ongelimiteerd flappen te kunnen trekken en er anderen een plezier mee te kunnen doen.
In 1996 kwam O’Neal van Orlando vandaan om bij de Los Angeles Lakers te gaan spelen en was hij in Beverly Hills gaan wonen in een kasteel van een huis. Ja, met een eigen pizza-bakkerij op zijn terrein, het is inderdaad waar.
Op enig moment, middenin november, reed Shaq met zijn oom Mike (die hij geheel onderhield en bij hem in huis liet wonen) naar een jeugdhonk in de zwarte wijk Watts.
Daar, ten overstaan van een rits arme jongeren, nam Shaq-O-Claus, zoals hij zichzelf noemde, een lijst op van cadeaus die de arme jeugd hem mocht vragen. Van fietsjes tot Playmobil, van andere computerspelletjes tot poppen, trapauto’s, raketten en wat allemaal niet meer. Alles mocht, alles kon.
Iedereen was tevreden, zo leek het, maar een klein manneke bleef ietwat bozig voor zich uit staren en Shaq zag dat. “Wat wil jij hebben, little man?” vroeg de reus. Het jong keek Shaq aan en zei: ”Ik wil zo graag dat er hier sneeuw ligt met Kerst.”
Iedereen moest lachen en de moeder van het kleine jong bood haar verontschuldigingen aan: hij snapte niet dat hij in het warme Californië woonde, bloosde ze.
Op de terugweg van Watts naar Beverly Hills vroeg Shaq langs zijn neus weg aan Uncle Mike of er ook geskied werd in Californië. Oom Mike dacht na en zei: ”Ik denk in de Bear Mountains bij St. Bernadino.”
Shaq zweeg.
Op 23 december keerde hij terug naar Watts. Alle wensen waren in vervulling gegaan; hij had een grote speelgoedwinkel de lijst gegeven met de wensen van de vaak straatarme kinderen en alles lag ingepakt klaar in het jeugdhonk van Watts. Het Kerstfeest van Shaq kon beginnen.
Er was echter meer.
Vroege bezoekers aan het Kerstfeest van de NBA-basketballer zagen op enig moment drie supergrote vrachtwagens het kleine parkeerterreintje oprijden. Er stapten mannen uit de wagens en zij kieperden bakken vol kunstsneeuw op een speciaal vrijgehouden ruimte uit.
Van korte afstand stond Shaq lachend de handelingen te bekijken en toen de kleine kids van Watts doorkregen welke verrassing hier plaatsvond, begon een groot sneeuwballengevecht, of zoals nu, na twintig jaar, nog steeds wordt gezegd: ”Het leukste sneeuwballengevecht voor kinderen die nog nooit in hun leven sneeuw echt hadden meegemaakt.”
Shaquille O’Neal mag dan een groot lijf en soms ook een grote mond hebben, zijn hart is nog groter. Of kleiner…
Die sneeuw moest er komen om alleen dat ene kleine jong te verrassen voor Kerst. Hij en zijn vriendjes konden nog uren spelen en sneeuwbalgevechten houden, ze konden sneeuwpoppen en iglo’s bouwen en dat alles werd bekeken door een levensgrote man van 2.16 meter lengte, 147 kilo zwaar, gekleed in een korte broek en een T-shirt van de Lakers en met een Kerstmannenmuts van zeker drie maten te klein op zijn grote, grijnzende hoofd.
Vanaf dat moment speelt Shaq ieder jaar voor Kerstman. Hij geeft en verwent en deelt en wat het hem kost, is in het geheel niet belangrijk. Hij had ooit het geluk zich aan grote armoede te kunnen ontworstelen en hij weet dat bijna allen die hij tegenkomt in Watts dat geluk nooit zullen vinden. Dus helpt hij een klein beetje.
De dag dat hij drie gigantische vrachtwagens vol sneeuw in Watts liet deponeren, zullen velen daar niet vergeten. Shaq had het persoonlijk besteld en het werd op tijd afgeleverd. Ho, ho, ho.
Shaq mag dan misschien een dwaas zijn, hij is er eentje met een groot hart voor juist die dingen die onmogelijk zijn voor anderen en dat neemt hem juist zo voor ons allen, basketbalvolgers, in.
Ook dit jaar zal er weer een Shaq-O-Santa feest zijn en zal hij weer gul geven. En altijd is daar een cadeau voor iemand bij dat voor volkomen onmogelijk werd gehouden.
Niet voor Shaq.
Zulke verhalen verwarmen, vooral in deze tijd.
Mart Smeets is elke maandag te horen in Radio EenVandaag.