Geschiedenis
VPRO

'Sinds de oorlog weten we meer over Joegoslavië, maar snappen we het ook?'

foto: ANPfoto: ANP
  1. Nieuwschevron right
  2. 'Sinds de oorlog weten we meer over Joegoslavië, maar snappen we het ook?'

Onze West-Europese blik op de Balkanlanden is egocentrisch en verward, vertelt Nelleke Noordervliet in haar column voor OVT. ''Joegoslavië was het toneel van een gruwelijke oorlog, inmiddels weten we er meer over, maar snappen we het ook?''

Balkantheater

Toen ik in de zomer van 1964 voor het eerst in mijn leven naar Joegoslavië ging, wist ik weinig of niets van dat land. Basale feiten. Land van maarschalk Tito, de communistische partisanen-leider die de Duitsers versloeg en na de oorlog zijn verdeelde land tot een eenheid smeedde, en die los van de Sovjet-Unie opereerde. Joegoslavië was in de Koude Oorlog dus wel fout maar ook goed. Eigenlijk meer goed dan fout. En naarmate de intellectuelen in West-Europa linkser werden, werd Joegoslavië almaar beter. En natuurlijk waren er de folkloristische avonturenromans van A. den Doolaard, die er voor de oorlog vaak kwam. Ik was er voor een studenten-toneelfestival, waar studenten uit West- en Oost-Europa door middel van theater verbroedering zochten.

Rebecca West, die er in de jaren dertig rondreisde, zei: ''Verlichte en hervormingsgezinde Engelsen gingen steeds naar de Balkan om vast te stellen wie nu eigenlijk wie mishandelde. Omdat ze [...]niet in staat waren de afschrikwekkende hypothese te accepteren dat de onderdrukking over en weer plaatsvond, kwamen ze allemaal terug met een favoriet Balkan-volk, dat ze in hun harten sloten als het altijd lijdende en onschuldige, altijd het slachtoffer en nooit de dader.''

Joegoslavische oorlog

Na de dood van Tito in 1980 werd duidelijk dat er onder het strakke bewind van de maarschalk een virulent nationalisme had gesmeuld in de Joegoslavische deelrepublieken. Binnen de kortste keren was het gebied het toneel van een gruwelijke oorlog, waar wij vanuit het westen met verlammende verbijstering naar keken. Doe iets. Ja, maar wie? Ja, maar wat? We kenden die landen niet werkelijk.

Theater was opnieuw een middel om iets te doen. Susan Sontag kwam naar het belegerde en kapotgeschoten Sarajevo om daar de troost en de inspiratie van de cultuur te brengen. Wachten op Godot, het briljante stuk van Beckett, belichaamde de absurditeit van de situatie perfect. Natuurlijk kwam daar verzengende kritiek op, onder andere van Baudrillard, die het maar een koket staaltje typisch westers nep-medelijden noemde.

'Weten we nu meer?'

Weten we nu meer van de landen die vroeger Joegoslavië vormden? We hebben de inmiddels ingeburgerde vluchtelingen, de films, de documentaires, de veroordelingen van het strafhof, de boeken, de verhalen. We weten veel meer, maar snappen we het ook beter? Het blijft ook moeilijk onze eigen rol van toeschouwers en zogenaamde vredebrengers te beoordelen. Ah, maar wacht: daar was de theatervoorstelling Looking for Europe, die de Franse sterfilosoof Bernard Henri Levy in 2019 in Carre speelde, sprekend vanuit zijn ervaring als bij de Balkan betrokken intellectueel. Hij zou het ons vertellen. Welnu, dat we het niet altijd van intellectuelen in het theater moeten hebben bleek toen. De helft van de zaal - ik ook - liep ruim voor het eind weg, woedend en teleurgesteld om de warhoofdige ijdeltuiterij van een opgeblazen ego. Werden we weer niets wijzer.

column nelleke

Niets missen van OVT?

Hou dan de website van OVT in de gaten, of volg het programma via Facebook en Twitter.

Ster advertentie
Ster advertentie