Gemeenten terughoudend in korten op bijstandsuitkeringen
- Nieuws
- Gemeenten terughoudend in korten op bijstandsuitkeringen
Mensen in de bijstand worden sinds de coronacrisis minder vaak gekort op hun uitkering. Gemeenten kunnen de bijstand van iemand tijdelijk verlagen als die zich niet aan de afspraken houdt. Economieredacteur Ruben Eg vertelt erover in het NOS Radio 1 Journaal.
Gemeenten geven minder snel een strafkorting op de bijstand
Video niet beschikbaar
"We zien dat er aanzienlijk minder wordt gekort de laatste jaren", aldus Eg. Sinds de coronacrisis zijn gemeenten namelijk terughoudender met het korten op de bijstand. Dat blijkt uit cijfers die de NOS heeft opgevraagd bij de tien grootste gemeenten van Nederland. Een uitkering kan een of meerdere maanden worden verlaagd als de gemeente vindt dat iemand zich niet aan afspraken houdt. Dat korten heet ook wel een strafkorting. Het is bedoeld om mensen in de juiste richting te duwen, maar kan hen juist ook verder in de geldproblemen brengen. Voor de coronacrisis werden jaarlijks in de tien grote gemeenten ruim 6500 strafkortingen opgelegd, maar in coronajaar 2020 halveerde dat aantal naar 3000. Die mildere aanpak lijkt nu structureel te zijn geworden. "Als we dan verder kijken naar de jaren na corona, dan zien we dat het aantal strafkortingen gelijk blijft", aldus Eg.
Vertrouwen, geen wantrouwen
Er zijn verschillende redenen om de bijstand van iemand te verlagen. In de meeste gevallen heeft het te maken met werk. Mensen doen bijvoorbeeld niet mee aan onderzoeken om passend werk te vinden of solliciteren te weinig. Of ze werken zwart wat bij, terwijl dat niet mag. Volgens de wet moeten gemeenten de bijstand soms ook korten als iemand te snel geld uitgeeft, of juist te veel spaart. Iemand kan volledig gekort worden op de bijstand, 100 procent dus, maar veel vaker gaat het om een kleiner percentage. Iemand krijgt dan bijvoorbeeld een maand lang maar 70 procent van de bijstandsuitkering. Sommige gemeenten kiezen ervoor om zo'n straf uit te spreiden over meerdere maanden.
"Tijdens corona kwamen de bijstandstrajecten stil te liggen, daardoor kan die daling verklaard worden", aldus Eg. "Maar daarna kwamen we in een energiecrisis, waardoor mensen ook geholpen moesten worden." Het lijkt er dus op dat sindsdien de gemeenten wat soepeler omgaan met mensen die in de bijstand zitten. Volgens hoogleraar socialezekerheidsrecht Gijsbert Vonk is er ook wat veranderd bij die controle. "Het is echt een nieuw uitgangspunt dat gemeenten en overheid denken: wij vertrouwen u. Dat vertrouwen was er eerder niet."
Meer waarschuwingen
Een gemeente kan ook een waarschuwing geven. De uitkering wordt dan niet echt verlaagd, maar de strafkorting wordt wel geregistreerd. Tot 2022 was zo'n 15 procent van alle strafkortingen een waarschuwing. Een jaar later ligt dat percentage rond de 30, een verdubbeling dus. Dat komt vooral door Amsterdam waar het aantal waarschuwingen zelfs vertienvoudigde: van zo'n 30 waarschuwingen per jaar naar zo'n 300 vanaf 2023. Het aantal daadwerkelijke bijstandsverlagingen van de gemeente is afgenomen. Volgens de gemeente helpen de waarschuwingen en zien ze dat mensen hun gedrag ook echt aanpassen.
Koplopers
Er zijn wel grote verschillen tussen gemeenten. Er is namelijk geen landelijke richtlijn. De meeste strafkortingen worden opgelegd in Rotterdam en Den Haag. Maar bij deze gemeenten is het aantal strafkortingen ook het hardst afgenomen. "In Tilburg smeren ze de strafkorting uit over meerdere maanden", aldus Eg. Ook Nijmegen, Almere en Breda zijn voorzichtiger geworden met het opleggen van maatregelen sinds corona. Bij de overige vijf onderzochte gemeenten is het corona-effect minder zichtbaar. Zij zijn ook wel minder strafkortingen gaan opleggen, maar de daling is lang niet zo groot als in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag.