Rekenkamer-president Visser: besteding belastinggeld voor jeugdzorg moeilijk te controleren
- Nieuws
- Rekenkamer-president Visser: besteding belastinggeld voor jeugdzorg moeilijk te controleren
Het is onduidelijk of gemeenten echt te weinig geld hebben voor jeugdzorg. Dit zegt Arno Visser, president van de Algemene Rekenkamer, bij Spraakmakers. Visser durft niet te niet zeggen of gemeenten te weinig geld hebben of niet, omdat bij de decentralisatie niet bekend was om hoeveel mensen het precies ging.
Video niet beschikbaar
Visser reageerde op de brandbrief van de Vereniging voor Nederlandse Gemeenten (VNG) in het Algemeen Dagblad. Daarin dreigt de VNG met het afstoten van de verantwoordelijkheid voor de jeugdzorg als het kabinet niet met extra geld over de brug komt.
"Het water staat de Nederlandse gemeenten aan de lippen", schrijft Hubert Bruls, vicevoorzitter van de VNG. Hij waarschuwt dat het geldtekort leidt tot wachtlijsten, overlast in wijken, maar ook tot bezuinigingen op cultuur en sluiting van bibliotheken en sportcomplexen.
Dat het onduidelijk is of gemeentes echt te weinig geld hebben, komt volgens Visser omdat het belastinggeld dat van het Rijk naar gemeentes gaat voor de jeugdzorg moeilijk te controleren is. "De Rekenkamer in Den Haag kan het geld volgen tot het ministerie verlaat. Dan komt het bij gemeenten terecht. Die twee werelden praten niet met elkaar."
Geldtekort
Het aantal jongeren dat te maken krijgt met jeugdzorg is sinds de decentralisatie van de zorgtaken in 2015 gestegen. In dat jaar kregen 380 duizend jongeren tot 23 jaar jeugdzorg, berekende het Centraal Bureau voor de Statistiek. In 2018 steeg dat aantal naar 428 duizend. Het budget voor de jeugdzorg dat de gemeentes vanuit het Rijk kreeg, steeg niet evenredig mee.
'Rond de tafel gaan'
Visser waarschuwde als lid van de Rekenkamer al dat de decentralisatie van de zorgtaken zou leiden tot geldtekorten en extra bureaucratie. Daarom hadden de gemeenten de huidige problemen dan ook aan kunnen zien komen. "Ze hadden het eerder moeten weten.
Het waren de gemeenten die de zorgtaken graag in hun pakket wilden. Het is nu zaak dat de gemeente en het Rijk opnieuw rond de tafel gaan. En dan niet met boze gezichten, maar gewoon aan tafel gaan zitten en afspraken maken."
Hij voegt toe: "En dan ook hoe in de toekomst voor de belastingbetaler navolgbaar wordt. Dat je het gemeentebestuur of een Tweede Kamerlid aan kunt spreken en weet hoe het geld wordt uitgegeven. Je moet weten wat de linker- en de rechterhand doen in Nederland."