Nieuwe koers voor Kijkshop: 'Het gaat niet goed met de verkoop'

We kennen de Kijkshop als keten met vitrines waar producten in staan. ''Dat werkt niet meer'', zegt Nik Wouters van de economieredactie in het NOS Radio 1 Journaal. Hij vertelt dat de keten het al jaren moeilijk heeft en er verlies wordt geleden.

"Als we niet veranderen, dan is het mijn overtuiging dat we het niet redden, dan gaan we dood", zegt de Zweedse topman Björn Serving. Al jaren heeft de keten het moeilijk en wordt er verlies geleden. Zijn investeringsmaatschappij Listérus & Partners Capital Advisors kocht het bedrijf in 2015.

Twee weken geleden kondigde het bedrijf de sluiting aan van een kwart van de 87 vestigingen. Nu blijkt dat er veel meer veranderingen op stapel staan. "We moeten drastisch veranderen. De cultuur moet anders, om het conservatief denken in het bedrijf weg te krijgen. Daarnaast moeten we de hele it-infrastructuur omgooien. We moeten een technologiebedrijf worden", aldus Serving.

Kijkshop staat niet alleen in de aanstaande veranderingen. Het is in winkelland een trend om consumenten elkaar producten te laten aanprijzen. Dat is bijvoorbeeld ook het idee achter de mode-app Frendz die deze week wordt gelanceerd. Achter die app zitten mode-ondernemer Roland Kahn en oud-Hema-directeur Ronald van Zetten.

"Via social media en reviews laten consumenten nu al weten wat ze producten vinden", zegt de Kijkshop-topman. "Wij nemen de volgende stap. De consumenten met elkaar verbinden, bijvoorbeeld via een videogesprek of een chatgesprek, zodat ze ervaringen delen. Een klant wordt op die manier een adviseur of verkoper voor een andere klant."

Consumenten die een product verkopen krijgen een commissie van Kijkshop. Voor het eind van de zomer moet het platform af zijn. Het bedrijf hoopt dan al 10.000 consumenten op het platform te hebben.

Verleden

De winkels blijven in het nieuwe plan bestaan, maar krijgen een andere functie. "Ik zou het geen winkels meer noemen, eerder locaties voor verschillende activiteiten", aldus Serving. "Klanten hebben namelijk nog wel een plek nodig waar ze heen kunnen gaan, bijvoorbeeld om spullen op te halen of om producten te testen."