Maccabi-rapport liegt er niet om; gemeente Amsterdam had 's nachts moeten communiceren

Verslaggever Jeroen de Jager was aanwezig bij een bijeenkomst met de burgemeester en alle politieagenten van dienst op de nacht van de rellen, zij werden bijgepraat over het rapport. Tijdens die bijeenkomst maakte Halsema duidelijk dat ze niet anders gehandeld zou hebben tijdens de "chaotische nacht, waar ze met vol afschuw op terugkijkt." Het COT adviseert een andere handelingsstrategie, eentje die meer uitgaat van risicobeperking in plaats van een "informatiegestuurde" manier. Jeroen de Jager citeert uit het rapport: "Juist als je nog niet alles weet, moet je toch iets zeggen. Al is het maar dat wordt benoemd dat ze weten dat er zorgen zijn. En adviseren om binnen te blijven en incidenten te melden." Dat noemen ze een 'handelingsperspectief geven' aan de burgers.

'Noodzakelijk dat je de feiten kent'

De burgemeester van Amsterdam is het er niet mee eens. Halsema: "Juist in de situatie waar allemaal misinformatie dreigt en geruchten de ronde doen, moet je zeker zijn van je feiten. Ik zou het opnieuw zo doen." Tussen half twee 's nachts en negen uur in de ochtend is er vrijwel niets gecommuniceerd. Het was toen volgens de politie weer rustig in de stad, maar op sociale media ging het los. Er werd gespeculeerd over gijzelingen van Maccabi-supporters en er gingen berichten rond over een jodenjacht. Deze meldingen bleken niet waar te zijn, maar volgens het rapport werd het een reëel beeld voor mensen omdat er geen tegenverhaal kwam vanuit de autoriteiten. De Jager: "Halsema was bewust terughoudend, want ze wilde geen verkeerde informatie verspreiden en daarmee olie op het vuur gooien." Dat was een te klassieke manier van aanpak volgens het instituut voor veiligheids- en crisismanagement. Die methode werkt niet in tijden van sociale media. Halsema reageert daarop: "Je kan niet overdrijven en je mag het niet onderschatten. Als u het rapport leest, dan ziet u ook dat ik gedurende de nacht heel veel informatie ontving waarvan wij niet konden inschatten of het nog gaande was of niet. "

Hit-and-run-acties

Tijdens de bijeenkomst werd het optreden van de politie ook geëvalueerd. Uit een rapport van Justitie en Veiligheid blijkt dat politie professioneel en slagvaardig heeft opgetreden, maar niet voorbereid was op 'flitsaanvallen' die rond middernacht plaatsvonden. Peter Holla, politiechef van eenheid Amsterdam, zei dat "het compleet anders was dan overdag." De snelle, onvoorspelbare aanvallen van individuen op mensen die er volgens de belagers uitzagen als Maccabi-supporter of Joods, waren moeilijk om grip op te krijgen zei hij. "Dat we ineens te maken hadden met jongeren op fatbikes en scooters die door de stad aan het crossen waren en die overal opdoken." De politie en ME waar niet mobiel genoeg om hen in bedwang te houden en op te sporen. Holla zegt dat ze gaan werken aan de manier waarop ze zich verplaatsen, hun aanwezigheid op een andere manier gaan laten zien bij zulke acties en hun flexibiliteit er ook op gaan aanpassen. Een andere aanbeveling uit het rapport van het COT is om tolken in te zetten bij 'fanwalks', dan hadden ze kunnen horen wat de Maccabi-fans riepen.