Eerste vrouwelijke premier van Zweden na zeven uur opgestapt

"Ik denk dat zij zich ook nog steeds afvraagt wat er precies is gebeurd. Het was voor analisten de vreemdste dag in de Zweedse politiek", aldus journalist Tjade Michels vanuit Stockholm. "Aanvankelijk zag het er goed uit voor Andersson. Sinds ze gekozen is als leider van de sociaaldemocraten schiet ze omhoog in de peilingen. Maar het ging dus toch mis."

Begroting

Andersson kreeg na haar aanstelling meteen de opdracht om de regeringsbegroting door het parlement te loodsen. Dat lukte niet. Het parlement koos voor een tegenbegroting die was opgesteld door drie oppositiepartijen. Anderson had van tevoren al gezegd dat ze ermee kon leven als een alternatief steun zou krijgen, maar coalitiepartner de Groenen besloot op te stappen. Hierdoor zag Anderson zich genoodzaakt ook te stoppen, voordat ze goed en wel was begonnen.

Andersson benadrukte dat ze opnieuw premier wil worden. Michels: "In principe kan ze morgen (vrijdag, red.) weer nieuwe stemming aanvragen. Een meerderheid zou haar ook accepteren. Maar dan gaan ze een rechtse begroting moeten uitvoeren. Zelf blijft Andersson er wel in geloven."

Minderheid

Van de 349 leden in het parlement stemden er 117 voor Andersson als nieuwe premier. Dat is verre van een meerderheid, maar de Zweedse grondwet schrijft voor dat premiers kunnen worden benoemd als er geen meerderheid tegen is. In dit geval stemden 174 parlementariërs tegen, waardoor de benoeming een feit was. Twee oppositiepartijen onthielden zich van stemming, een daarvan deed dat in ruil voor een toezegging op het gebied van pensioenen.

De sociaaldemocraat Andersson (54) was de opvolger van partijgenoot Stefan Löfven, die in augustus aankondigde dat hij zou stoppen als regerings- en partijleider. Hij stond de afgelopen zeven jaar aan het hoofd van een roodgroene minderheidsregering. Andersson was in die periode minister van Financiën.