Onderwijsraad maakt zich zorgen om hoeveel scholieren bijles krijgen: 5 vragen en antwoorden

1. Hoe groot is de toename van bijles en ander aanvullend onderwijs?

"Heel fors, het aantal aanbieders is van vijfduizend naar 14 duizend gegaan in de afgelopen jaren. Extra onderwijs is op zich niet zo erg, maar je wilt gelijkwaardig onderwijs voor iedereen. De enorme toename is dus een groot probleem, onder meer omdat het daardoor wordt genormaliseerd. Ouders en kinderen gaan denken dat het hoort en dat het moet."

2. Is de kwaliteit van het gewone onderwijs niet goed genoeg?

"Helaas is dat zo. Mensen gaan op zoek naar een alternatief voor publiek onderwijs, richting het private, als er iets schort aan de kwaliteit. Door het lerarentekort kan je dat wel stellen. Goed onderwijs wordt gegeven door goede leraren, onder goede omstandigheden. Er is veel veranderd: de eisen zijn complexer, ouders mondiger, kinderen diverser en er is meer passend onderwijs nodig."

3. Dit was ook vóor corona al een probleem, waarom is het nu erger?

"Na de coronasluitingen is er enorm veel geld geïnvesteerd: 8,5 miljard euro. Dat geld moet in twee jaar worden uitgegeven. Maar dat is juist een probleem: daar kan je geen leraar voor aannemen, en dus worden het dan externe partijen. Er zijn nu zelfs bijlesbureaus ín de scholen. Dat geld versterkt eigenlijk de trend die we al zagen."

4. Enerzijds is er een leraren tekort, maar anderzijds werken er bij al die commerciële bijlesaanbieders duidelijk veel mensen die graag iets in het onderwijs willen doen. Hoe kan dat, betalen ze zoveel beter?

"Nee, dat zijn vooral ongekwalificeerde mensen, studenten vaak. Die worden zeker niet beter betaald, het geld gaat meestal naar de commerciële partij zelf. Het zou wel mooi zijn als die mensen de overstap zouden maken naar het onderwijs, maar dan moeten ze wel hun bevoegdheid halen."

5. Moeten we alle bijlesscholen en huiswerkinstituten opdoeken zodat het aanbod voor iedereen gelijk is?

"Dat is moeilijk, denk ik. Je kunt ze wel strakker reguleren, meer eisen stellen en de kwaliteit in de gaten houden. Maar het allerbelangrijkste is om veel meer te investeren in het onderwijs, met een langetermijnplan, zodat elk kind weer een goede leraar heeft."