Geschiedenis
VPRO

Zijn 'slimme leerlingen' kwetsbaar voor 'domme leerlingen'?

foto: ANPfoto: ANP
  1. Nieuwschevron right
  2. Zijn 'slimme leerlingen' kwetsbaar voor 'domme leerlingen'?

We beslissen veel te vroeg welk kind naar welke middelbare school mag en daardoor lopen veel kansarme kinderen een goede opleiding mis, ziet OVT-columnist Micha Wertheim. Toch wil hij een kanttekening plaatsen bij het idee voor gelijke kansen in het onderwijs.

Er zijn, lieve luisteraars, dagen waarop uw columnist tot vlak voor de uitzending niet weet waar we het over moet hebben. Het is mij meer dan eens overkomen dat ik tot ver na middernacht op zoek was naar een kleine herinnering, die met wat rekken en strekken, genoeg zou zijn om de volgende ochtend mee naar de studio in Hilversum af te reizen.

Klassen

Deze week was dat anders. Een maand geleden had ik deze column in zekere zin al in mijn hoofd. De aanleiding was het programma Klassen. De schitterende documentaireserie van Sarah Sylbing en Esther Gould, die door HUMAN de afgelopen maand werd uitgezonden. De serie is een even liefdevol als genadeloos portret van ons nationale onderwijssysteem. Sylbing en Gould laten de kijkers kennismaken met een heel diverse groep kinderen en leraren uit Amsterdam-Noord.

Kinderen van ouders die zelf nooit naar school zijn geweest, kinderen van ouders die geen genoegen nemen met alles wat minder is dan het Gymnasium, en kinderen wier ouders zich nauwelijks met de opvoeding van hun kroost lijken bezig te houden.

Er is terecht al veel geschreven over Klassen, waarin ook de Amsterdamse wethouder van onderwijs Marjolein Moorman een prominente rol speelt. De kijker leert Moorman kennen als een ware sociaaldemocraat die alle kinderen in haar stad het best mogelijke onderwijs wil bieden.

Meer dan eens verzucht Moorman dat we in Nederland eigenlijk veel te vroeg beslissen welk kind naar welke middelbare school mag. Daardoor lopen te veel kansarme kinderen een goede opleiding mis. Een legitiem argument, waar iedereen die voor gelijke kansen en sociale mobiliteit is, weinig tegen in kan brengen. Toch wilde ik juist daar een kanttekening bij plaatsen. Het probleem was alleen, dat een collega-columnist mij te snel af was geweest. Hij verwoordde wat ik wilde zeggen beter en eerder. 27 jaar eerder, om precies te zijn.

Herman de Coninck

Precies vier jaar geleden gaf een goede vriend mij drie essaybundels van Herman de Coninck cadeau, die hij voor een paar euro in een antiquariaat op de kop had getikt. De Coninck schreef in zijn essays voornamelijk over poëzie. Met een altijd geestige ernst en precisie leert hij ons lezen en schrijven. Tegelijkertijd is de grote wereld, waarin de gedichten die hij behandelt worden geschreven en gelezen, nooit ver weg. Zoals poëzie lang niet altijd over poëzie gaat, zo gaan de essays van De Coninck vooral over het leven zelf.

Op zoek naar het citaat waarin De Coninck onder woorden bracht wat ik nu had willen zeggen, verdwaalde ik opnieuw in zijn scherpe en meanderende observaties. Ook toen De Coninck nog leefde ging de wereld al ten onder, schoot de politiek te kort en werd kunst misbruikt door mensen die schoonheid alleen geen argument vinden om haar te beschermen. De essays van Herman de Coninck mogen meer dan een kwart eeuw oud zijn, ze lezen alsof ze gisteren werden opgeschreven.

Andreas Burnier

Maar goed, toen ik na wat zoeken eindelijk het citaat gevonden had, bleek dat niet eens van De Coninck zelf te zijn. De Coninck beschrijft in een essay over foto’s van schrijvers, hoe hij meer dan 15 jaar geleden, de schrijfster Andreas Burnier, interviewde. Ik zat, zo rekende ik snel uit, ten tijde van dat interview op de kleuterschool:

"Ik was toen vóór het Vernieuwd Secundair Onderwijs, vóór democratie in de klasjes, en tegen elitescholen", schrijft De Coninck. "De slimmere leerlingen moesten de dommen maar meeslepen. Misschien haalden die slimmen dan in plaats van 95% slechts 90%, maar zo’n domme leerling kon op die manier, met hulp, met aandacht, van 40% tot 60% opgekrikt worden. In een ploegenkoers telt de tijd van de laatste die aankomt."

"Andreas Burnier antwoordde toen dat ik er geen idee van had hoe begaafde kinderen gekleineerd en gekwetst konden worden door domheid. Daar moesten ze dan maar tegen kunnen, vond ik. Daar zijn ze juist slimmer voor. Nee, daar valt niet tegen te kunnen, riep ze terug. Daarom zijn ze juist kwetsbaarder en die kwetsbaarheid is juist hun intelligentie, of hun gevoeligheid. Haar stem ging trillen bij die herinnering."

micha ovt

Niets missen van OVT?

Hou dan de website van OVT in de gaten, abonneer je op de podcast, of volg het programma via Facebook en Twitter.

Ster advertentie
Ster advertentie