Fragment

Uithuisgeplaatst: vijf kinderen, een huis en hun voogd

  1. Fragmentenchevron right
  2. Uithuisgeplaatst: vijf kinderen, een huis en hun voogd

Vijf uithuisgeplaatste kinderen, tussen de twaalf en zestien jaar oud, wonen al jaren samen. Ze zijn als broertjes en zusjes. Ze voelen zich fijn op de plek waar ze wonen: een woonboerderij aan de rand van een Noord-Limburgs dorp. Maar hun voogden, dat zijn hun wettelijke vertegenwoordigers, zijn minder blij met deze woonplek. Ze moeten er weg. Wat nu?

Als een kind uithuisgeplaatst is, verliezen na een poosje de biologische ouders het ouderlijk gezag. Vanaf dat moment is de voogd, in dienst van een voogdijinstelling, degene die alle grote beslissingen neemt voor het kind. Vaak gaat dat goed. Maar soms zijn kinderen het niet eens met hun voogd. Waar kan een kind dan terecht?

In Argos het verhaal van de vijf kinderen en de talloze organisaties die het voor deze kinderen proberen op te nemen. De realiteit blijkt weerbarstig. Kinderen onder voogdijschap zijn kwetsbaar. ‘Als je geen geluk hebt met je voogd, dan loopt het spaak. Er is niemand met mandaat die kan zeggen: ik stop deze denderende trein. Het systeem mist een noodrem.’