Nederlands voetbal vraagt minister om hulp

Vorig jaar leek het erop dat het prestigieuze project was mislukt. Twaalf Europese topclubs uit Spanje, Italië en Engeland kondigden aan een Super league te willen starten maar hadden daarbij niet gerekend op de weerstand van clubs, bonden en vooral de fans. Voor negen clubs was het een reden om uit het project te stappen.

Real Madrid, Barcelona en Juventus bleven over en die wilden het er niet bij laten. Vooral Andrea Agnelli, voorzitter van Juventus, liet weten dat hij de Super League nieuw leven wil inblazen. De clubs stapten naar het Hof van Justitie van de Europese Unie om aan te vechten dat alleen de UEFA Europese toernooien mag organiseren.

Het hof buigt zich over de zaak en zal een aantal partijen horen waaronder ook overheden. In Langs de Lijn En Omstreken vertelde Jan de Jong, de directeur van de Eredivisie CV, dat er al twintig overheden hun zegje hebben gedaan. Daarom ook is minister Helder gevraagd of ze zich tegen de komst van de Super League wil uitspreken.

Het grootste obstakel is volgens De Jong dat de principes van Europese sport, je kwalificeert je op basis van sportieve prestaties, ter discussie stonden. "Een club als Arsenal mag van ons uiteraard tegen Real Madrid voetballen." legt De Jong uit, "En als Arsenal elk jaar goed presteert mogen ze ook ieder jaar tegen Real Madrid spelen. Maar niet omdat ze Arsenal zijn, daar moeten wel sportieve prestaties tegenover staan."

De hoorzitting bij het Hof van Justitie in Luxemburg is volgende maand. Jan de Jong heeft vertrouwen in een goede afloop. "Als iets niet gewenst is dan komt het er over het algemeen niet."