CEO Picnic kritisch op Nederlandse regelgeving: 'Zonder maatregelen verlaten we Nederland misschien'

Volgens Muller sluit de huidige supermarkt-cao niet aan op het moderne, digitale bedrijfsmodel van Picnic, terwijl al langer discussie plaatsvindt of Picnic ook tot dat cao moet behoren. Dat zou voor het bedrijf grote consequenties hebben. Hoe zit dit precies?

Ander bedrijfsmodel

Er bestaat al langer een conflict tussen de bedrijfsvoering van Picnic en de regels van de Nederlandse supermarktsector, met name over de collectieve arbeidsovereenkomst (cao) voor supermarkten. Picnic heeft geen fysieke winkels, alleen distributiecentra en bezorgdiensten. Daarom ziet het bedrijf zichzelf niet als een "klassieke supermarkt", terwijl de supermarkt-cao normaal gesproken alleen geldt voor fysieke supermarkten, zoals Jumbo en Albert Heijn.

Zij vallen onder een specifieke cao die afspraken bevat over onder meer lonen, werktijden en toeslagen. De overheid wil mogelijk dat Picnic ook onder die cao valt, wat leidt tot stevige kritiek van Muller. Hij noemt het "oneerlijke concurrentie" dat hun bedrijf hogere loonkosten moet betalen, terwijl hun bedrijfsmodel heel anders is dan dat van een traditionele supermarkt. Hij eist daarom dispensatie: ze willen niet verplicht worden de supermarkt-cao toe te passen, omdat hun bedrijf anders in de knel komt.

Concurrentie

Zover is het nog niet, benadrukt Muller, maar "als we de supermarkt-cao zouden moeten volgen in de toekomst en we krijgen geen dispensatie, dan kun je niet meer concurreren met de fysieke winkels. Dan moet je je investeringen naar andere landen brengen."

Hij waarschuwt dat, als het jeugdloon niet wordt afgeschaft, supermarkten structureel goedkoper uit blijven. Dat creëert volgens hem een ongelijk speelveld, waarbij Picnic te maken heeft met hogere kosten. "Dan kun je niet meer concurreren", benadrukt hij nogmaals. "Dat is precies wat supermarkten proberen te doen: zij zetten het cao-recht in om concurrenten buiten de markt te houden."

"Vliegen en autorijden brengt je ook van a naar b, maar het is toch echt een andere industrie", doelt hij op de "totaal andere processen" van zijn bedrijf vergeleken met een Albert Heijn. "De kapitaalsinvesteringen die wij doen, van een half miljard euro in robotisering, zie je natuurlijk niet in de buurtsuper."

Picnic naar Duitsland?

Ondanks dat hij momenteel er nog niet over nadenkt om te verkassen, heeft Muller al het aanbod gekregen om zijn hele bedrijf naar Duitsland te verplaatsen. "We hebben daar drie maanden geleden ons grootste gerobotiseerde centrum geopend, in Oberhausen. De minister-president van Noordrijn-Westfalen was erbij en zei dat hij zoiets nog niet eerder had gezien. Hij vroeg of wij van Amsterdam naar Oberhausen konden komen. Ik dacht meteen: dat gaan we nooit doen."

Toch is die vraag volgens hem tekenend voor een bredere trend. "Die vraag wordt niet alleen aan ons gesteld, maar ook aan andere bedrijven. We moeten als Nederland in staat zijn om bedrijven te helpen groeien."

Hij noemt als voorbeeld een Nederlands maakbedrijf dat Picnic ondersteunt in het productieproces. "Innovatie van maakbedrijven leidt tot externe, internationale groei." Als je dat soort bedrijven niet hier weet te houden, verlies je op meerdere fronten, verzekert Muller.