Het Taalloket: zitten

Sporten is een actieve bezigheid. Toch zitten we op een sport. “Maar zitten is niet bepaald actief”, zo mailde Marcel van der Wal ons. We zitten op voetbal, we zitten op karate en we zitten op volleybal. We zitten dus passief op iets actiefs. Niet erg logisch, vindt Marcel. Hij is benieuwd naar de verklaring en herkomst van het gebruik van 'zitten' in deze constructie. Waarom niet: ik ben op hockey of ik ben op dansen? We leggen de vraag voor aan Lydeke van Os van de Taaladviesdienst van Onze Taal.