Opinie & Commentaar
AVROTROS

Curieus

foto: ANPfoto: ANP
  1. Nieuwschevron right
  2. Curieus

Afgelopen week passeerden twee nogal curieuze zaken het loket sport van mijn bestaan. Het begon op zondag. In de middag kan je mij geen groter plezier bezorgen dan naar Langs de Lijn op NPO Radio 1 te mogen luisteren (terwijl je bezig bent met 1001 andere dingen). Op enig moment werd een item aangekondigd vanaf de Rotterdamse zesdaagse. Met enige flair en trots zei de presentator dat er een interview met Niki Terpstra zou volgen.

Was het mijn professioneel getrainde oor of wat anders, maar ik was direct op mijn hoede en ging erbij zitten. Ik hoorde Matthijs Weststrate van NOS Sport beginnen aan een gesprekje dat ongetwijfeld als een der meest curieuze van het jaar 2019 zal worden gearchiveerd. Wij noemden dat vroeger weleens 'prikkeldraadgesprekken' en die moet je niet te veel beluisteren en niet te vaak behoeven te maken.

Weststrate, in zijn rol van algemeen verslaggever van de NOS aanwezig in Rotterdam, dacht vooral aan zijn luisterpubliek en had bedacht Terpstra in de eerste minuut van het gesprek luchtig uitleg te laten geven over waar ze waren, hoe het eruit zag, hoe de sfeer er met de collega’s was en zaken die een niet zesdaagse-mens niet weet. Uitlegradio dus. Terpstra hoorde de eerste vragen aan en moet toen ook een stemmetje in zijn hoofd gehoord hebben dat tegen hem zei: "Laat deze lulvragen eens mooi aan je voorbijgaan."

Een duel in woorden

Er ontspon zich een soort duel in woorden. In vooral weinig woorden, want Terpstra gooide zijn slanke wielerkont tegen de krib en ging nors en soms hoorbaar verveeld zijn mono-syllabes in de microfoon blazen. Weststrate, geen beginneling overigens, altijd enthousiast en positief geladen, liet het zich niet doen en ging in de tegenaanval; hij stelde leuke, soms behoorlijk naïeve, wel gerichte, niet moeilijke en soms 'nu weet ik het ook niet meer'- vragen en Terpstra bleef onderkoeld correct en zocht zijn heil in antwoorden van drie woorden. Maximaal. Alsof je hem een bak grint hoorde leegeten.

Was het desinteresse? Vond hij de kwaliteit van de vragen te beperkt en wilde hij daar zijn tijd niet aan geven? Had hij de pest aan de vragensteller? Kenden de twee elkaar (ik denk van niet) of had de Noord-Hollander gewoon een pestbui? Of wilde hij met zijn manier van antwoorden duidelijk maken dat hij op een andere/professionelere manier ondervraagd had willen worden? Vond hij zijn vragensteller van te laag allooi?

Bij iedere vraag, gevolgd door ieder antwoord werd de lucht dikker en op enig moment zelfs om te snijden. Terpstra had gewoon geen zin en wist dat zijn ultrakorte, nurkse antwoorden de NOS-man flink van zijn stuk brachten. Je hoorde Weststrate zoeken naar weer andere invalshoeken, maar niets hielp. Zelfs een vraag in het Frans gesteld (over de lessen Frans die Terpstra thans neemt omdat hij voor een nieuwe, Franse ploeg rijdt) werd totaal weggezwegen en de sfeer leek steeds grimmiger tussen de twee te worden.

De vragensteller gaf het op enig moment op; hij had zijn best gedaan, maar het pantser van de wielrenner was te sterk gebleken: Terpstra liet helemaal niets toe in dit tenenkrommende radiostukje. Het was azijn, vermengd met tenenkaas, billenvet gelengd met Rivella, schuurpapier gedroogd in een lijkwade, zure melk met brokken verpeste gember en alles opgediend in gebroken zuurkommen.

Verbrokkelde vraagtekens

Stilte heerste na afloop. In Hilversum wist men niet goed wat men met dit gesprekje aan moest en zette men in de studio er verbrokkelde vraagtekens achter, net zoals ik dat thuis deed. Waarom? Waarom die sfeer? Waarom die antwoorden? Waarom die vragen? Waarom de voortgang?

Had Weststrate niet kunnen zeggen: "Nikki, misschien zijn mijn vragen je niet echt welkom, maar zeg me dat dan, dat houden we ermee op." Terpstra had ook kunnen stellen: "Beste man de radiomaker, stel behoorlijke vragen en stop met die ongelofelijke prietpraat." Dat was voor beiden beter geweest. Of het één of het ander. Eerlijkheid voor alles. Nu waren het twee volwassen mannen die elkaar met watjes probeerden dood te gooien.

Dit schuurde en bleef als behoorlijk vervelend in je geheugen hangen. Het was aan de luisteraar om er verder een oordeel over te geven. Ik ervoer het als niet professioneel, onvriendelijk, soms naïef en lelijk. Van beide kanten. Ik had dan ook met beide mannen te doen.

Carl Grove

En ik had deze week zeker te doen met de Amerikaan Carl Grove, een ferme negentiger die nog steeds op de fiets zat en die, in zijn leeftijdsklasse, de enige deelnemer was bij de Amerikaanse Masters kampioenschappen. Hij ging met zijn pies naar de dokter omdat hij een wereldrecord (voor zijn categorie) had gereden en dat record wordt dan pas erkend als duidelijk is dat de rijder 'negatief' is gebleken.

Dus niet, want bij de negentigjarige man uit Bristol, Indiana werden minuscule hoeveelheden epitrenbolone in zijn urine teruggevonden. Grove werd 'gepakt' in juli van 2018. Op dag 1 van de trials passeerde hij moeiteloos de controle nadat hij meedeed aan de 500 meter tijdrit voor mannen van 90-94 jaar oud. Een dag later was hij de enige deelnemer (en dus winnaar) van de 2000 meter met staande start. Hij reed die afstand in een wereldrecordtijd van 3.06.2, ging plassen bij een USADA controle-mens en... Was dus positief.

"Het zat in het vlees", had hij als eerste geroepen. Dat deden heel wat grote, professionele sporters voor hem ook. Hij legde echter uit dat hij een lekker stuk lever had gegeten in een restaurant vlakbij de wielerbaan. Het kwaad was echter al geschied, want Grove werd overal het hoofd afgehakt, kreeg kilo's stront vanuit de putjesmassa over zich heen, maar vond na enige uren toch ook mensen die zich opwierpen als verdedigers van de krasse wielrenner.

Zero, zero, zero

Ook Travis Tygart, de inmiddels beroemde baas van USADA (hij was de man die Lance Armstrong pootje lichtte) hoorde bij die groep. Nadat Grove aan de hoogste boom was opgeknoopt, belachelijk gemaakt en what have you more, werd duidelijk dat het percentage van de verboden stof nog kleiner was dan de ooit aan Alberto Contador opgehangen zero, zero, zero, zero, zero, zero, zero-inhoud van zijn plas.

Ook hij hield het toen op het eten van vlees, zoals ook anderen gepakten dat deden. Vervuild vlees dus. Tygart kwam er in de rebound op terug: het percentage was inderdaad zo miniem geweest, dat het nooit echt als doping gezien kon worden. Het was echter toch aangetroffen in de urine van de 90-jarige man en dus was hij positief omdat hij voor een recordrace ging. Zoals ook mannen als Contador, Ajee Wilson en Capelo Alvarez ooit positief verklaard werden.

Nanogrammen en minder, maar regels zijn regels dus? Zei Tygart: "Gevallen zoals deze doen ons met onze koppen tegen de muur bonken. Die regels zijn niet juist." Dat had dit dopingbureau dan eerder moeten bedenken. Door het publiceren van de uitslag van de test stookte de USADA een vuurtje op, dat helemaal geen vuurtje was. De sociale media deden de rest. Dom won en een oude, nog steeds trainende man stond aan de schandpaal. Naar bleek voor werkelijk niets.

De man die een rolmodel voor oudere Amerikanen had willen zijn, werd de piespaal van de onweldenkenden, schelders en de schurftige misbaksels die vanuit de anonimiteit maar bleven schelden.

Toch bleef zijn leuze: "Blijf aan sport doen, zeker als je ouder wordt. Het verlengt je leven met tien jaar zeker en je hoeft dan ook niet altijd aan pijntjes en pillen te denken."

Over Mart Smeets

Mart Smeets is radio- en televisiepresentator, journalist en sportcommentator. Iedere zaterdag beschouwt hij voor EenVandaag gebeurtenissen en verhalen uit de sportweek, en zaken die daar aan verwant zijn.

Ster advertentie
Ster advertentie