Achtergrond

Straatpoëzie voor het eerst in beeld gebracht

foto: Ingmar Heytzefoto: Ingmar Heytze
  1. Nieuwschevron right
  2. Straatpoëzie voor het eerst in beeld gebracht

[EO] Er zijn ontzettend veel gedichten te lezen in openbare ruimtes in Nederland en Vlaanderen, maar niemand weet precies hoeveel en vooral wáár ze te lezen zijn. Tot nu. Want de Universiteit van Utrecht is een online database gestart waar mensen de door hun gevonden straatgedichten in kunnen zetten.

Poëziebundels verkopen slecht, we vinden gedichten vaak niet interessant. Maar toch kom je er dagelijks mee in aanraking. Bijvoorbeeld op je eigen kussensloop, in het openbaar vervoer, op schilderijen en op radio en televisie. Literatuurwetenschapper aan de Universiteit van Utrecht, Kila van der Starre doet onderzoek naar hoe poëzie leeft in de samenleving: “Er is een rare spanning tussen dood en leven van dit genre. Maar met de populariteit van de straatpoëzie kun je concluderen dat dit genre springlevend is.”

Met straatpoëzie bedoelt van der Starre gedichten die in de openbare ruimtes te zien zijn. En daar zijn er veel van, maar hoeveel is nooit onderzocht. De wetenschapper brengt dit nu met een online database voor het eerst in beeld. “Er zijn nu al 650 gedichten ingestuurd. Maar ik vermoed dat er nog meer zijn. En je komt echt van alles tegen.”

Kila van der Starre verzamelt straatpoëzie

Eeuwigdurend gedicht

De standaard vorm van straatpoëzie is een muurgedicht, met verf wordt dit op de muur geschilderd. Maar het kan op heel veel andere manieren, zoals bijvoorbeeld in Utrecht te zien is. Daar ligt een eeuwigdurend gedicht, gestart in 2012. Elke week komt er één steen bij. “Het zijn mooie projecten die tot ver in de toekomst reiken,” aldus van der Starre.

Eentje die voor aardig wat commotie zorgde, was het gedicht ‘Aan een roosje’ in de Jacob van Lennepstraat in Amsterdam. “Het is een soft-erotisch gedicht over een naakte vrouw. Zij was er ook bij getekend. Niet iedereen was daar blij mee: er werden verfbommen op gegooid, mensen schreven er rare leuzen bij.” Dat kon zo niet langer, de buurt ging in gesprek met de gemeente. “Daar kwam uit dat de borsten en genitaliën van de vrouw nu zijn bedekt en dat mensen uit de buurt stickers hebben gekregen die ze op hun raam konden plakken, op zo’n manier dat ze het gedicht en de vrouw niet meer zagen.”

Wisselende lengtes

Niet altijd hebben voorbijgangers de tijd om het gedicht eens goed te lezen. Veel dichters kiezen er dan ook voor om korte teksten te schrijven, zoals bijvoorbeeld Ingmar Heytze deed in Utrecht. Hij schreef een gedicht in de vorm van een SMS. Op een muur, in de Dichterswijk in Utrecht, staat: ‘Ik stuur je dit van boven, deze letters zijn mijn ogen. Ik zie je vaker lopen, lees de briefjes op je telefoon. Ook dit berichtje past in je hand: ik heb je lief.’

Een vrij kort gedicht. Dichter Joke van Leeuwen pakte het anders aan. Zij heeft een van de langste gedichten ooit gemaakt. Van der Starre: “In de Sint Annatunnel in Antwerpen was haar gedicht te zien. 1100 meter lang. Ze had de letters als een soort stickers op de tegels aangebracht. Het leuke hieraan was dat dronken mensen op de fiets met de letters aan de haal gingen. Zwalkend door de tunnel maakten ze hun eigen woorden van de letters.”

‘Er zit potentie in de straatpoëzie’

Wat je dus al zag bij Joke van Leeuwen: straatpoëzie heeft vaak een beperkte houdbaarheidsdatum. Blijven gedichten in de bundels altijd bewaard, de teksten op de bakstenen verdwijnen op een gegeven moment. En dat is jammer, vindt van der Starre die dit ook als een van de redenen ziet om een online database te starten. “We moeten het literaire erfgoed kunnen archiveren. Maar ik ben de website ook gestart omdat er veel potentie zit in de straatpoëzie. Het zou erg leuk zijn om een app te maken waar mensen hun eigen tochten mee kunnen maken langs de straatgedichten!”

Ster advertentie
Ster advertentie